Columns

Wat leer je precies met ChatGPT?

Huib. Foto: Kees Rutten

Huib de Zeeuw is docent aan de opleiding Journalistiek. Zijn column verschijnt om de week bij Trajectum. 

Een collega stuurt mij een berichtje via Teams. ‘Zou jij met extra ogen naar de productie van deze student kunnen kijken? Zijn verantwoording is heel formeel/chatgpt’. Daar gaan we weer, is mijn eerste gedachte.

Een paar weken eerder beoordeelde ik de verantwoording van een productie en rook ik onraad bij zinnen als: ‘De tekst biedt solide achtergrondinformatie en feitelijke gegevens, terwijl het audio-interview een menselijk element toevoegt door de stem van een expert te laten spreken en emotionele betrokkenheid te creëren’.

Wat moet je hiermee als docent? Ik koos voor een voorzichtige aanpak. In mijn feedback vroeg ik eerst of zij die zinnen zelf had geschreven en bij de bespreking liet ik haar antwoord geven. Na enig aandringen gaf ze toe dat ze ChatGPT had gebruikt.

Wat voor haar pleitte was dat ze goed door had waarom je dit niet moet doen bij een verantwoording. Bovendien had ze haar productie gemaakt voordat de opleiding regels publiceerde over het gebruik van Artifical Intelligence (AI).

Het is goed dat er nu regels zijn, maar ik ben er nog niet uit of ik het gebruik van ChatGPT wil aanmoedigen. Liever leer ik studenten hoe je op een kritische manier teksten kan ontleden dan dat ik hen leer hoe je een goede prompt schrijft. Of dat ik hen leer hoe je hoofd- en bijzaken moet onderscheiden in een tekst.
Aan die vaardigheden heb je enorm veel. Zoveel mogelijk uitbesteden aan een supercomputer klinkt fantastisch, maar wat leer je dan precies?

Het is belangrijk om te beseffen dat deze ‘large language models’ zijn getraind om de meest waarschijnlijke woorden en zinnen te maken. Het is patroonherkenning en kansberekening.

Tijdens mijn studententijd had ik moeite met het lezen van Engelstalige teksten. Op aanraden van mijn docent nam ik een abonnement op Newsweek en elk woord dat ik niet begreep, vertaalde ik. Dat heeft mij enorm geholpen in mijn woordenschat. Ik ben blij dat er toen geen ChatGPT bestond.