Op woensdag 7 mei zien de Utrechtse wethouder en Associate Lector Lizet van Ewijk hoe een achtjarige jongen zijn keuze maakt voor een nieuwe bril.
‘Het lijkt wel een 3D-bril’. In een stoel zit een jongen met een bril die inderdaad best wat weg heeft van een 3D-bril. Om hem heen staat een groep volwassenen. De jongen zit er niet zomaar, maar als onderdeel van een onlangs gestarte samenwerking tussen Hogeschool Utrecht en de gemeente Utrecht. Hierbij krijgen kinderen van gezinnen die moeilijk rondkomen in Utrecht en in het bezit van een U-pas, na een oogmeting een gratis bril.
Op deze woensdagmiddag is de officiële start van het project op de Bolognalaan, met bezoek van de wethouder. En dus lopen ongeveer 15 mensen achter elkaar aan. Camera’s en fototoestellen draaien en klikken terwijl de verzamelde pers en gasten zich met zijn allen in het, voor deze grootte, kleine oogmetingkamertje proppen. Op een stoel, het allemaal rustig in zich opnemend, zit de eerste bezoeker, een jongen van ongeveer 8. Hij krijgt een bril met roze en groene glazen op. Die dus lijkt op een 3D-bril.
‘We testen hiermee het dieptezien en of hij figuurtjes kan zien van klein naar groot’, leggen de studenten orthoptie uit. ‘Super goed gedaan, echt heel knap’ krijgt hij te horen als hij klaar is. ‘Je mag een bril gaan uitkiezen. En weet je al wat voor bril het moet worden?’. Hij twijfelt even maar antwoordt dan resoluut: ‘Een groene’.
De verzamelde groep volgt hen naar een ruimte met allerlei verschillende brillen, een volledig optiekwinkeltje wat niet onderdoet voor die in de gemiddelde winkelstraat. Onder het toeziend oog van wethouder, studenten, docenten, fotograaf en cameraman probeert de jongen verschillende brillen uit. Hij lijkt er plezier in te hebben, met een brede glimlach gaat hij alle brillen langs en past een aantal. De studenten proberen hem ook verder te helpen.
Bereik vergroten
Wethouder Linda Voortman van de gemeente Utrecht (Werk en Inkomen) onderstreept het belang van dit project. ‘Het ontstond door een eerder bezoek aan het HU GEZOND&WEL Centrum’, legt Voortman uit. ‘In ons gesprek kwam naar voren dat kinderen uit een gezin dat moeilijk rondkomt, daardoor soms ook onvoldoende toegang hebben tot de juiste oogzorg. Zo ontstond het idee om de expertise van dit centrum, haar studenten en deze doelgroep samen te brengen om ze gratis een oogmeting en bril aan te bieden. We moeten meer mensen die moeilijk rondkomen bereiken. Zij weten ons soms moeilijk te vinden en dit vergroot het bereik.’
Daarnaast oefenen studenten hiermee ook gelijk in een realistische situatie, ziet Voortman. ‘Als kinderen niet geholpen worden met slechtziendheid of als behandelingen niet voor 12 jaar gestart kunnen worden, kan dit een enorm effect hebben op de verdere ontwikkeling van kinderen omdat ze niet kunnen meekomen. Het ontzorgt ook de ouders en is goed voor de kinderen. Armoede onder kinderen is een groot probleem en dit soort concrete maatregelen helpen’.
Betrokkenheid studenten
Dat verkleinen van gezondheidsverschillen is ook wat Lizet van Ewijk, Associate Lector bij de HU, drijft. ‘Dit centrum bestaat al tientallen jaren maar sinds ongeveer 5 á 6 jaar proberen we meer opgavegericht te werken. Dat betekent dat we al tijdens de opleiding van studenten bijdragen aan maatschappelijke vraagstukken. We zijn hier in februari mee gestart en hebben al rond de dertig mensen geholpen’.
Ze merkt dat de betrokkenheid vanuit studenten groot is. ‘Een student zei tegen me: “Het aantal studiepunten maakt mij hier niet zozeer uit, ik doe dit om te helpen.” Het is anders als er zo’n kindje op je zit te wachten dan een college in een collegezaal. We moeten onze studenten en onze samenwerking hier serieus nemen. Zij komen met alternatieven om zorg te verbeteren waar wij nog niet aan gedacht hebben, anders hadden we dat al wel gedaan’.
Ze vindt de service hier misschien zelfs beter dan gemiddeld. ‘Dat komt omdat bij een onderwijsinstelling de informatie niet van gisteren komt, de nieuwste state of the art innovatieve toepassingen worden hier gebruikt. Het effect op schoolprestaties van geen toegang tot oogmeting moeten we ook niet onderschatten. Er was hier net een bezoeker van 11 jaar die -5 had en nog nooit een bril had gehad. Kinderen kunnen zich ook anders in de klas gaan gedragen als ze het niet goed kunnen zien, dan gaan ze op een andere manier aandacht vragen.’
Op de achtergrond komt de jongen die getest is, een nieuwe bril net uitgekozen, naar buiten. Vrolijk loopt hij met zijn vader en broertjes naar buiten. ‘Is het inderdaad een groene geworden?’ roept iemand. ‘Nee’ antwoordt de jongen. Toch geen groene. ‘Een blauwe’.