Ooit hospiteerde ik op een imbecielenschool. Opmerkelijk vond ik dat je al na een paar maanden een liefdevolle band opbouwt met headbangende en kwijlende jongeren. Je kon ze leren tellen en enkele dingen uit hun hoofd laten opzeggen. Maar een zomervakantie vaagde alles weer weg. Worden ze ouder, dan wordt het steeds moeilijker die kennis weer opnieuw bij te brengen. Elk jaar begint men weer vrolijk vanaf het begin.
Alles wat je jong leert, wordt als het ware in je hersenen geslepen. Gebruik je die kennis weinig, dan zakt-ie geleidelijk aan weg. Maar met een beetje oefenen kan je verbaasd staan, dat het allemaal toch nog in je hersenen opgeborgen zit. Zoals bijvoorbeeld al die Franse woordjes, die zomaar ineens naar boven komen als je in dat Franse restaurant wat moet bestellen.
Het Parool van vanavond staat een onderzoek beschreven dat aangeeft dat als kinderen in de zomer alleen maar lui op de bank hangen of in het zwembad badderen, hun taal- en rekenkennis achteruit holt. Ook blijkt een groter aantal schooldagen van invloed; in ons land gemiddeld 180, terwijl in Zuid-Korea de kinderen 220 dagen en in Japan zelfs 243 dagen per jaar naar school gaan. Er is dan gewoon minder tijd om dingen te vergeten. Knappe kinderkoppen dus.