In de rubriek ‘Van de redactie’ geven redacteuren van Trajectum wekelijks commentaar op een actuele gebeurtenis. Deze week: Taalles aan vluchtelingen
In het laatste nummer van Trajectum, dat sinds dinsdag in de bakken ligt, staan interviews met vier vluchtelingstudenten die een prebachelor aan de HU volgen. Alle vier getalenteerde, slimme mensen, hoogopgeleid in eigen land. Met hun achtergrond zouden ze een mooie carrière in het verschiet hebben gehad, als er niet ‘iets’ was tussengekomen.
En nu zitten ze in Nederland, waar ze opnieuw een bestaan opbouwen. En dat begint, hoe cliché ook, met de taal: Nederlands leren, intensieve cursussen volgen.
Nog niet zo heel lang geleden werden die cursussen aangeboden bij de ROC’s en bekostigd door het ministerie. Door marktwerking mag elk instituut nu taalcursussen aanbieden. Recent is gebleken dat de kwaliteit ervan nogal eens te wensen overlaat. Wie is daar de dupe van?
De HU start niet voor niets met een prebachelor. Want als je de taal beheerst, dan heb je toekomst – ongeacht je vooropleiding. Veel vluchtelingstudenten struikelen in het eerste jaar, omdat de overgang naar een Nederlands onderwijssysteem en andere gebruiken heel groot zijn. Als je daarnaast niet goed begrijpt wat er gezegd wordt in een les, dan wordt de kans op falen en frustratie alleen maar groter. De praktijk heeft ook uitgewezen, dat deze studenten net zo snel afstuderen als andere studenten. Vanaf het tweede studiejaar kunnen ze plankgas geven en presteren dan vaak veel beter.
Wat is nu de moraal van het verhaal? Bekostig en faciliteer voor alle vluchtelingstudenten een traject, waarin ze zo snel mogelijk op hun niveau kunnen presteren. Volgens mij krijgen we het dubbel en dwars terugbetaald. Om het modern te zeggen: een ideaal verdienmodel