Studenten in Nederland zijn nog altijd goed te spreken over hun opleiding, blijkt uit de vandaag gepubliceerde Nationale Studenten Enquête. Maar de stijgende lijn in de tevredenheid zet voor het eerst in vier jaar niet door.
Net als vorig jaar waarderen studenten hun opleiding ‘in het algemeen’ landelijk met gemiddeld 3,96 punten op een vijfpuntsschaal. Bachelor- en masterstudenten zijn even tevreden of iets tevredener, terwijl hbo-associate degree-studenten als enigen minder positief zijn op dit punt dan in 2016.
De enquête is uitgevoerd in opdracht van Studiekeuze123, een samenwerkingsverband van universiteiten, hogescholen, studentenorganisaties en het ministerie van Onderwijs. Ruim 700 duizend studenten werden uitgenodigd hem in te vullen. Een kleine veertig procent deed mee.
Vooropleiding
Studenten oordelen opnieuw iets positiever over de inhoud van hun opleiding (3,75). Binnen dat thema zijn ze het meest tevreden over het niveau van de opleiding (3,88). Over de aansluiting op de vooropleiding zijn vooral de hbo-studenten met een mbo-achtergrond minder te spreken (3,42).
Dit jaar is in de NSE voor het eerst gevraagd of studenten hun onderwijs wel motiverend genoeg vinden. Ze blijken het meest tevreden over de mate waarin de opleiding studenten uitdaagt om het beste uit zichzelf te halen. De mate waarin de opleiding stimuleert om verdieping aan te brengen in de lesstof wordt het minst gewaardeerd.
Internationalisering
Over het tweede nieuwe thema ‘internationalisering’ zijn studenten veel minder te spreken: het scoort een magere 3,23. Ze vinden vooral dat de opleiding hen onvoldoende aanmoedigt om een tijdje in het buitenland te gaan studeren.
Ook de manier waarop opleidingen studenten voorbereiden op stages en hen vervolgens begeleiden, laat te wensen over, blijkt uit de enquête (3,24). Studenten zijn veel positiever over wat ze leren tijdens de stage (4,12) en de begeleiding op de stageplek (3,94).