Achtergrond

De Raad van Toezicht zoekt de balans

Fabiènne Hendricks en Jacques van Ek / Foto: Kees Rutten

Het komt niet vaak voor: een interview met de Raad van Toezicht. Maar na twaalf jaar vertrekt RvT-lid Jacques van Ek en dat blijkt een mooi moment voor een gesprek. Ook het relatief nieuwe lid Fabiènne Hendricks schuift aan. Ze zit ‘pas’ twee jaar in de raad. En zo kan er vooruitgeblikt worden. Maar is het ook veel terugkijken met Van Ek.  Over diepte- en hoogtepunten, de cultuur binnen de HU, herhuisvesting, een goed team en een nieuwe balans.

Van Ek, de voormalig CEO van verzekeringsmaatschappij ASR, benadrukt op een zonnige maandagmiddag op landgoed Oostbroek vooral hoe de rol van de Raad van Toezicht is veranderd. Heel kort gezegd: van puur toezicht naar meer advies. Van alleen maar contact met het college van bestuur naar contacten met ‘alle stakeholders, binnen en buiten de organisatie.’ Om het concreet te maken: over de privacygegevens (AVG) gaan ze in gesprek met de direct verantwoordelijke persoon binnen de hogeschool. En over cybersecurity organiseren ze een themabijeenkomst met direct betrokkenen.

Zitten ze er op die manier meer bovenop? Nou, dat is zeker niet het goede woord, vinden beiden. Van Ek: ‘Meer betrokken, dat is het. Want “meer erbovenop”, dat klinkt weer als toezicht. Dat hebben we altijd gedaan en blijven we ook doen, maar we zijn meer betrokken bij het beleid, bij de toekomstige ontwikkeling en de veranderingen in de maatschappij.’

Anders doen
Volgens Hendricks moet de RvT genoeg afstand houden, om de hele view te behouden. Maar tegelijkertijd moet de raad ook dichtbij genoeg staan om te snappen wat er speelt. Heel verwonderlijk zijn die verschuivingen niet. Vrijwel alle Raden van Toezicht kiezen voor die veranderende rol. Waarbij ze vooral niet mogen doorschieten door op de stoel van de bestuurder te gaan zitten. Zouden ze het dan eigenlijk anders doen?

Beiden weten de vraag vakkundig te omzeilen, zo afstandelijk is hun rol nu eenmaal wel. (Van Ek: ‘Ik ben al twaalf jaar met pensioen, dus ik heb veel eerder geleerd om afstand te houden.’) Tegelijkertijd maken ze duidelijk wat hoog op hun wensenlijstje staat.

‘Hoe snel integreer je de veranderende inhoud maar ook vaardigheden goed in de opleidingen? Dat vragen we altijd’

Hendricks: ‘Wat ik heel belangrijk vind is dat de inhoud van het onderwijs aansluit bij veranderingen in de maatschappij. En dat is nog niet zo eenvoudig, dat wordt wel eens onderschat. Want de veranderingen gaan steeds sneller. Ik werk zelf bij Tata Steel en zie dat daar ook. Hoe snel integreer je die veranderende inhoud maar ook de vaardigheden goed in de opleidingen? Die vraag stellen we altijd.’

Waarbij ze uit zichzelf de relativering plaatst: ‘Ik kan het natuurlijk niet op alle punten en op alle plaatsen beoordelen.’


Maar toch, ze ziet graag dat ook studenten invloed kunnen hebben op onderwijsinnovatie. ‘Dat is  co-creatie, niet alleen met het beroepenveld maar ook binnen de hogeschool.’ Anderzijds geldt ook: niet alles moet meteen. ‘We hebben het bijvoorbeeld over pilots met bekostiging per studiepunt of per module. Je kunt niet alle opleidingen in één keer met een modulaire opbouw aanbieden en een hele andere bekostigingssystematiek toepassen. Zo’n modulaire aanpak heeft mogelijk ook consequenties voor de wijze waarop we kwaliteit meten. Nu is dat via de accreditatie. Misschien vergt het in de toekomst wel een andere benadering.’

‘Bij de wijziging naar 21 instituten en vier kenniscentra was één van onze eerste vragen: hoe houd je die span of control?’

Wat Van Ek betreft zou hij meer willen zien hoe het contact tussen het cvb en instituutsdirecteuren verloopt, zeker na het opheffen van de faculteiten. ‘Ik heb veel veranderingen gezien en ik vind dat het college goed opereert, als een team. Maar bij de wijziging van  zes faculteiten naar 21 instituten en vier kenniscentra was één van onze eerste vragen: hoe houd je die span of control? Alleen: de hele besturingsfilosofie is veranderd naar span of support. Dat vraagt om een heel andere benadering van ons als raad van toezicht. Wij moeten veel meer kijken naar:  Hoe is het contact met die directeuren?  Hoe gaan zij daar mee om en wat komt daaruit. Ik wil daar veel meer over  weten, hoe ze dat precies doen. Als ik dat vraag, krijg ik goede antwoorden. Maar het is zoeken naar een nieuwe balans.’

Waarop Hendricks de vertrekkende Van Eck aanvult: ‘Die instituutsdirecteuren spreken we geregeld binnen de commissies. Naast de plenaire bijeenkomsten die we hebben met de ronde tafels in het begin van het academisch jaar.‘

Herhuisvesting
Aardig om te zien, hoe de Raad van Toezicht inspeelt op de organisatorische veranderingen binnen de HU. Maar echt spannend lijkt hun werk nog niet te zijn. De vraag aan Van Ek is waar de hoogte- en dieptepunten zaten in de afgelopen twaalf jaar. Hij heeft het volgens hem meest positieve punt al genoteerd op een papiertje: de complete herhuisvestingsoperatie, inclusief de nieuwbouw op de Heidelberglaan. Van Ek: ‘Ik vind het een bijzondere prestatie, binnen het budget, binnen de gestelde voorwaarden, met slechts een kleine uitloop in de tijd. Dat is voor zo’n grote operatie bijna een mission impossible. Daarmee zijn bovendien de muren tussen faculteiten geslecht, het ging ook om een organisatorische impact en niet alleen om minder  vierkante meters.’

‘Dat is wel een kunst: het voor de lange termijn goed doen maar ook zorgen dat de student van nu het goed gaat’

Enige nuance vindt Hendricks bij alle lof over de herhuisvesting op haar plaats. Want al dat verbouwen en verhuizen kan ook heel vervelend zijn voor studenten. ‘En die studenten zijn er maar een bepaalde tijd. Dus die hebben er niets aan als je zegt dat het op lange termijn beter wordt. Dat is dus wel een kunst: je moet proberen om het voor de lange termijn goed te doen maar je moet ook zorgen dat de student van nu het goed gaat.’

Maar zien jullie niet alleen de papieren werkelijkheid bij dat soort zaken?
Van Ek: ‘Dat is het risico. Maar daarom moeten we praten. Met iedereen, alle partijen.’

Maar niet iedereen is automatisch blij met de veranderingen.
Hendricks: ‘Nee, maar als er niets misgaat, hoor je niemand. En als er wel iets fout loopt, dan hoor je iedereen. Die huisvesting is een moeilijk onderwerp om mee te scoren.’
Van Ek: ‘Het was ook een grote verandering. Maar ik zie dat de waardering toeneemt en ik verwacht dat die nog verder zal stijgen. Het kost tijd, dat wel.’

Dieptepunt
En vanuit het hoogtepunt van de herhuisvesting verplaatst het gesprek zich al snel naar het dieptepunt volgens Van Ek: ‘Toen in 2016 de crisis was met het NRC-verhaal. Dan heb je als Raad van Toezicht ook intensieve gesprekken met het college. Er werd een noodteam ingesteld en heel even zat daar ook de voorzitter van de Raad van Toezicht bij. Daarnaast hebben we er intensief apart over vergaderd.’

‘Uiteindelijk heeft het college dat goed opgelost. Maar het bleef lang hangen’

Voor wie zich dat moment niet meer herinnert: in 2015 en 2016 speelde bij HU Diensten een bezuinigingsoperatie die veel onrust veroorzaakte bij medewerkers. Op 2 april 2016 brengt NRC daarover een verhaal ‘Mannen in pakken op de hogeschool’.
‘Heel vervelend’, noemt Van Ek de situatie die toen ontstond. ‘Van twee kanten. Vanuit de onrust binnen de  organisatie maar ook vanuit de vraag hoe NRC aan die informatie kwam. Er zijn allerlei wegen om klachten in te dienen, via ombudsman en vertrouwenspersonen. We kregen wel cijfers over meldingen, maar niet het verhaal achter deze meldingen. Daar kwam bij: de hogeschool had heel lang geen reorganisatie gehad.’

Het mocht toen toch geen reorganisatie heten?
Van Ek: ‘Als je reorganisatie zegt, moet je de vakbonden formeel inschakelen en een sociaal plan inzetten, zo was de redenering. Dat zou ook leiden tot beperkingen en tijdsdruk, terwijl er ook een wens was om het langs de weg der geleidelijkheid te doen. Waarbij ik ook moet zeggen dat veranderingen in de organisatie jarenlang niet aan de orde waren geweest. Mensen moesten daaraan wennen.  Uiteindelijk heeft het college dat goed opgelost. Maar het is lang blijven hangen. En ik merkte toen ook, dat het geen onderdeel van de cultuur was om elkaar aan te spreken, door eerlijke feedback te geven.’
Hendricks: ‘Je moet ook een lerende organisatie willen zijn. Soms is het slalommen met een mammoettanker.’
Van Ek: ‘Mijn ervaring is dat de veranderingsbereidheid bij mensen groot is, maar de veranderingscapaciteit beperkt. Maar in die tijd hebben wij als Raad van Toezicht niet gezegd: sta op de rem. Ons devies was: Los dit zoveel mogelijk communicatief op. We hadden ook verwacht dat het pijn zou doen. Maar dan krijg je verhalen in NRC, ook niet de eerste de beste krant, en dan doet dat pijn. Dat is vervelend, maar het hoort er bij. In zo’n periode kost het werk meer tijd dan de reguliere twee tot drie dagen per maand. Maar dan sta je er ook.’

Hendricks zat destijds nog niet in de raad, ze kwam binnen toen er al veel veranderingen waren ingezet. ‘Ik zag dat het veel tegelijk was’, zegt ze nu. ‘Ik snapte dat veel zaken bij elkaar hoorden, maar ik heb de vraag gesteld of het niet te veel was en te snel.’

Studentensucces
Terug naar het heden: wat staat er de komende tijd op de agenda bij de Raad van Toezicht? Vertrekkend toezichthouder Van Ek probeert het woord aan Hendricks te gunnen. Dat lukt even. ‘Komende tijd staat het thema studentensucces op de agenda’, meldt ze. ‘En ook de kenniscentra en docentenkwaliteit komen in de onderwijscommissie voorbij.’

Waarna Van Ek het voor een laatste keer overneemt:  ‘Veel mensen weten nog te weinig wat hier gebeurt als kennisinstelling,  met lectoren en onderzoek. De reputatie van de universiteiten is veel beter dan die van de hogescholen. Dat vind ik niet terecht. Daar ligt een taak voor de toekomst. Laat de hogeschool eens aanschuiven bij Pauw of DWDD, dat zou ik mooi vinden.’


Wat doet de Raad van Toezicht?

De Raad van Toezicht heeft kort gezegd drie taken: toezicht houden, advies geven en de werkgeversrol vervullen voor het College van Bestuur.
Dat doen ze met negen leden, uit verschillende disciplines. Daarnaast telt de raad drie commissies: de selectie – en remuneratiecommissie, de audit-commitee en de commissie onderwijs en onderzoek.
Zie ook de Bestuur-pagina van de HU

Wie zijn Fabiènne Hendricks en Jacques van Ek?

Fabiènne Hendricks (1984 ) zit in de RvT sinds oktober 2017, op voordracht van de Hogeschoolraad, en is lid van de Commissie Onderwijs en Onderzoek. Ze is manager van het Tata Steel Training Centre en was daarvoor onder andere directielid van het Platform Bèta Techniek. In 2008-2009 was ze bestuurslid van het ISO, de belangenbehartiger van studenten aan hogescholen en universiteiten. Daarna was ze negen jaar voorzitter van het Landelijk Netwerk Onderwijs bij de VVD.  

Jacques van Ek (1946) gaf al leiding sinds 1981, toen hij begon als president-directeur bij de Amersfoortse. Tussen 2002 en 2006 was hij CEO bij ASR. Daarna was hij nog voorzitter van tal van Raden van Commissarissen, waaronder voetbalclub FC Utrecht. Daar is hij nu nog voorzitter van de Stichting FC Utrecht Continuïteit. Bij de HU was hij twaalf jaar lid van de Raad van Toezicht.