Achtergrond

Echt iets leren, aan de bijna-echte tafel van DWDD

Stan van Ginkel demonstreert de digitale leeromgeving / foto Kees Rutten

In aanloop naar het Onderwijsfestival HUnext19 in januari portretteren we drie onderwijsinnovatieprojecten die ook op het festival zijn te zien.

Deel 1: Presenteren kun je nu echt goed leren. En als je wil zelfs direct in De Wereld Draait Door. Nou ja, de virtuele versie dan. Dankzij een VR-bril en app, ontwikkeld bij Instituut Archimedes. ‘Een fantastisch visitekaartje voor de HU.’

Wat is het?

Het is de moderne variant van een speech oefenen voor de spiegel. Download de app, klik de smartphone op de virtual reality (VR) bril, zet het apparaat op het hoofd en volg een complete cursus presenteervaardigheden. Met instructiefilmpjes over bijvoorbeeld stemgebruik en het maken van oogcontact. Met oefenopdrachten en een presentatie voor een virtueel publiek, die behoorlijk echt aandoet. Te kiezen valt uit een klaslokaal, een theater, de lift (voor de elevator pitch!) en aan tafel bij tv-programma De Wereld Draait Door (DWDD). Het is een nieuwe fase in de ontwikkeling van digitale leeromgevingen.

Bij de presentatie reageren de bijna levensechte toeschouwers direct op de presenterende student. Draait hij of zij het hoofd naar rechts, dan kijken zij mee in die richting; is het een saaie speech, dan verslapt de aandacht. Na afloop van de presentatie krijgt de spreker feedback. Hij ziet de metingen van de intonatie, het volume, de spreeksnelheid, de mate van aankijken van het publiek en het gebruik van stopwoorden. De gegevens zijn vliegensvlug geanalyseerd: dit ging goed, dat wat minder en alle stopwoordjes zijn genadeloos gedetecteerd.

Wat is er innovatief aan?

‘Dit bestond nog niet’, zegt Stan van Ginkel gedecideerd. Hij staat samen met collega-onderwijskundige Basten Berg aan de wieg van het project ‘Presenteren met impact‘. Er bestaan al langer VR-brillen voor onderwijs, maar die hebben een beperkte inhoud. Aardrijkskunde-studenten kunnen bijvoorbeeld met zo’n bril een kijkje nemen in een vulkaan. ‘Maar nu kunnen studenten zelfstandig een heel leertraject via een digitale leeromgeving volgen. Dat is iets heel nieuws’, concludeert Van Ginkel.

‘Studenten kunnen zelfstandig een heel leertraject via een digitale leeromgeving volgen’

Studenten die willen werken aan hun presenteervaardigheden, hoeven niet meer te wachten tot de cursus op het onderwijsprogramma staat. Ze zijn ook niet meer afhankelijk van feedback door docenten. Bovendien is de cursus gepersonaliseerd: studenten hoeven niet het gehele onderwijsprogramma te volgen, maar kunnen er de elementen uitpikken die zij belangrijk vinden. Wie alleen het maken van oogcontact wil verbeteren, laat de andere oefeningen links liggen. Ook kan een student de instructies overslaan en meteen aanschuiven in de studio van DWDD.

Hoe kwamen ze op het idee?

Van Ginkel deed eerder promotieonderzoek naar presentatievaardigheden aan de Wageningen University. Hij ontdekte onder meer dat feedback door virtual reality bij studenten even goed helpt als de terugkoppeling van docenten. Later trad hij in dienst bij Instituut Archimedes (de tweedegraads lerarenopleidingen aan de HU). Samen met anderen zette hij daar het VR Lab op. Met collega Berg ontwikkelde hij de digitale leeromgeving. Een kleine groep Archimedes-studenten en leerlingen van een middelbare school mochten het apparaat testen. Vorig jaar werd het op het Onderwijsfestival besproken, maar in januari 2019 kunnen belangstellenden tijdens workshops de VR-bril opzetten en aan de slag gaan.

Hoe nu verder?

In januari start een groep van zo’n tachtig studenten met de digitale cursus ‘Presenteren met impact’. ‘Dan wordt het feitelijk gebruikt in het onderwijs’, stelt Basten Berg. Mogelijk neemt heel het instituut de digitale leeromgeving vanaf komend jaar in gebruik. Daarnaast heeft het instituut vijftig VR-brillen ter beschikking gesteld aan de HU-bibliotheek, waarmee ook andere studenten de presentatiecursus kunnen volgen.

‘De app is begin februari te downloaden en dan kunnen ook andere opleidingen er gebruik van maken’

Andere onderdelen binnen de hogeschool toonden al interesse: lectoraten, economische en verpleegkunde-opleidingen en ook HBO Rechten. Vanuit de Universiteit Utrecht toonde Diergeneeskunde belangstelling . ‘De app is waarschijnlijk begin februari te downloaden via de appstores en dan kunnen ook andere opleidingen er gebruik van maken’, zegt Berg.

Verder zijn er gesprekken met bedrijven die de leeromgeving willen inzetten voor hun medewerkers. Ook uit het buitenland is er belangstelling,  universiteiten van Scandinavië, Israël, Zuid-Afrika en Rusland meldden zich al eerder.

Het roept de vraag op of ‘Presenteren met impact’ niet commercieel uitgebaat kan worden. Initiatiefnemers Van Ginkel en Berg waren aanvankelijk terughoudend. Een hogeschool is immers een onderwijsinstelling, geen commercieel bedrijf. Toch lijkt een commercieel avontuur de twee mannen wel wat. Berg: ‘We hebben laten uitzoeken hoe dat zou moeten en voeren verkennende gesprekken met partijen hoe we dit vorm kunnen geven.’
‘Het is een fantastisch visitekaartje voor de HU’, meent Van Ginkel.

Studenten en medewerkers kunnen de digitale leeromgeving ‘Presenteren met impact’ uitproberen tijdens het Onderwijsfestival HUnext19, op 16 en 17 januari in de Werkspoorkathedraal in Utrecht.