Interview

ICT-student Sven Loeve bedacht een chip die levens kan redden

Sven Loeve
Student Sven Loeve - Foto: Kees Rutten

Ambulancemedewerkers hebben vaak moeite om de juiste patiëntgegevens te achterhalen. Het kan dan gaan om situaties waar elke seconde telt. Dat kan beter, dacht ICT-student Sven Loeve. Hij ontwierp een chip die snel bij de juiste patiëntdata kan: ‘Het UMC is in ieder geval enthousiast!’

Hoe kwam je op dit idee?
‘Ik moest voor een schoolopdracht, in samenwerking met een Finse school, een chip maken voor de bemanning van een cruiseschip. Maar dat liep uit op een flop. Toch zag ik potentie in een chip waar je snel informatie kon uithalen. Wie zou zoiets nodig hebben? Ik dacht gelijk aan ambulancepersoneel. Ik vroeg wat rond bij het UMC en ja hoor, ze ervaren inderdaad problemen bij het achterhalen van medische patiëntgegevens in de ambulance. Later sloot zich ook een vriend en een team van ICT-freelancers aan bij het project.

Kennis van allergieën of medicijngebruik kan van levensbelang zijn in een ambulance. Het gaat om seconden. Als een patiënt niet in staat is om te praten, is het fijn als je die informatie gelijk op kan halen door middel van een chip. Nu moeten ambulancemedewerkers bellen naar het ziekenhuis, of ze moeten het toevallig nog weten van de vorige keer dat ze de patiënt vervoerden. Dat is super omslachtig!’

Wat houdt je idee precies in?
‘Het is in eerste instantie een app waar je aan de hand van iemands burgerservicenummer toegang krijgt tot het volledige patiëntendossier. Het huidige systeem kent namelijk veel gebreken, waardoor het nu veel moeite kost om medische gegevens vanuit een ambulance op te zoeken. Sommige ambulances werken al met een BSN-systeem, maar krijgen verkeerde gegevens doorgestuurd of soms zelfs helemaal niets.

Voor patiënten die non-responsive zijn, dus die niet in staan zijn snel te reageren, is er ook een chip die we kunnen inbouwen in een fraai ogende ketting; ze moeten het wel willen dragen natuurlijk. Hierbij moet je denken aan mensen met suikerziekte, obesitas of psychoses. Zo’n chip bevat enkel cruciale patiëntgegevens die het ambulancepersoneel snel kan inlezen.’

Sven Loeve (derde van rechts) en zijn team van ICT-freelancers.

Dat kan toch ook met je smartphone?
‘Er is inderdaad al iets als Apples medische ID. Het probleem met zulke toepassingen op je smartphone is dat de patiënt zelf de gegevens invoert. Wat je dan krijgt is dat ze allerlei onnodige dingen invullen, of juist te weinig. Soms kloppen die gegevens simpelweg niet, levensgevaarlijk in een ambulance. Daarnaast mogen ambulancemedewerkers niet zomaar bij je telefoon vanuit privacywetgeving. Ze hebben toestemming nodig van de politie, en dat kost onnodig veel tijd.

Ik ken een paar bedrijven die met iets soortgelijks bezig zijn als ik, maar de insteek bij die anderen blijft hetzelfde: de patiënt voert de gegevens in. Bij mijn product komen de gegevens van de ziekenhuizen zelf, zodat alleen de nodige en correcte informatie tevoorschijn komt.’

Hoe zit het met privacy?
‘De chip is volledig geëncrypt, dus als er iemand met een chipscanner langs loopt, heeft die een jaar nodig om je gegevens te achterhalen. Normaal heeft zoiets een internetverbinding nodig, omdat de sleutels zich regelmatig moeten refreshen, maar wij wilden juist dat het ook offline zou werken. Dat is nogal een uitdaging. Er zit iemand van een cybersecurity team achter om dat voor elkaar te krijgen.’

Werkt het ook?
‘Jazeker. We hebben de app en de chip nog niet kunnen testen in een echte ambulance, maar we hebben wel een prototype met nepgegevens. Dat doet alles wat het moet doen. Momenteel heeft die chip slechts 888 bites, maar dat is genoeg voor de nodige medische informatie. Mochten we toegang hebben tot de database met echte patiëntgegevens, dan zou het volledig naar behoren werken.

Die toegang is nog een beetje een dingetje, omdat ziekenhuizen dat natuurlijk niet zomaar mogen weggeven. We zijn daarom ook met hen en de overheid in gesprek om dat voor elkaar te krijgen. Het UMC is in ieder geval enthousiast! Waarschijnlijk kunnen we de app al volgend jaar uitbrengen.’