Nieuws

‘Iedereen die nu afstudeert voldoet aan de norm’

Het is 'jammer' dat de opleiding accountancy een ‘gele kaart’ heeft gekregen van de accreditatieorganisatie NVAO. Ruim voor de audit plaatsvond waren al verbeteringen ingezet die inmiddels hun vruchten afwerpen, zegt Janine Verbers, directeur van het Instituut Business Economics, waaronder de opleiding valt.

De NVAO gaf de voltijdopleiding een onvoldoende voor het gerealiseerde eindniveau omdat uit een steekproef bleek, dat in september 2013 van twintig afstudeerwerkstukken er dertien niet van voldoende niveau waren. De opleiding krijgt twee jaar de tijd om verbeteringen door te voeren. Verbers is niet uit het lood geslagen door de kritiek van de NVAO. ‘Ik ben er heilig van overtuigd dat iedereen die nu afstudeert aan de norm voldoet’, zegt zij.

Praktijkstages
De instituutsdirecteur wijst er op dat het de voltijdopleiding betreft en dat de duale variant  van accountancy de accreditatie wel goed is doorgekomen. Daarbij is het zo dat de voltijdopleiding op de andere ijkpunten, zoals het onderwijsprogramma, het personeel en de voorzieningen, voldoende scoren.
 
‘Wij krijgen voor de gerealiseerde eindkwalificaties een onvoldoende omdat wij binnen accountancy zwaar het accent hadden liggen op de praktijkstages tijdens het afstuderen en minder op de afstudeeropdracht. Dat is anders dan bij andere opleidingen gebruikelijk is’, legt Verbers uit. 'Daarom keken docenten met een andere bril naar die afstudeerwerkstukken. Intussen realiseren wij ons dat we er scherper op moeten letten dat het afstudeerwerkstuk het eindniveau van de student moet aantonen.’
Management
Volgens het rapport van de auditcommissie heeft de opleiding zich een tijd lang niet goed ontwikkeld. Door veelvuldige wisselingen van de opleidingsmanager en instituuts- en faculteitsdirecties ontbrak het aan een goede aansturing van docenten. Inmiddels is het management op orde en zijn er meerdere nieuwe docenten aangesteld. Ook zijn er andere verbeteringen doorgevoerd. Examinatoren worden getraind, er zijn instructiebijeenkomsten voor studenten, afstudeercommissies bespreken de plannen van aanpak terwijl ook de richtlijnen voor het afstuderen concreter zijn beschreven. 
 
De kritiek van de NVAO dat de Examencommissie beter moet zijn toegerust heeft de faculteitsdirectie zich aangetrokken. Verbers: ‘Er zijn beduidend meer middelen voor vrijgemaakt en er zijn afspraken gemaakt over de rol van de Examencommissie. In het verleden hield de commissie zich vooral bezig met zaken als bezwaarschriften en verzoeken tot vrijstelling van tentamens. Nu concentreert de commissie zich meer op de wettelijke rol: toezicht houden op de kwaliteit van de toetsing en de borging van het eindniveau.’