Nieuws

‘Ik dacht: ik ben verslaafd’

In het debat naar aanleiding van het boek 'Een jaar offline' lijkt iedereen nog in de ontkenningsfase te zitten. Of is het een overgangsfase?

‘Wie is er internetverslaafd?’ vraagt debatleider Frederique de Jong aan de ruim twintig aanwezigen. Het blijft doodstil in het lokaal op de School voor Journalistiek. ‘Dan zit iedereen in de ontkenningsfase’, vervolgt ze grappend. 

De woorden van de presentatrice zijn niet uit de lucht gegrepen. Luttele minuten voor de sessie ‘Een jaar offline’ checkt een journalist nog even zijn e-mail op zijn laptop, die hij naast zijn iPad heeft opgesteld. Ook tijdens het twee uur durende debat komen regelmatig smartphones tevoorschijn. Het mag allemaal, deze maandagavond in De Uithof.

Verslaafd
Aanleiding voor de discussiesessie is het gelijknamige boek van Bram van Montfoort (26), dat sinds 26 september uit is. De SvJ-student bracht 2012 door zonder internet en mobiele telefoon. Het contact met vrienden, familie en collega’s onderhield hij per brief en vaste telefoon. Een experiment om zijn overmatige internetconsumptie ('Ik dacht: ik ben verslaafd') een halt toe te roepen.

Het experiment is voer voor discussie. Discussie over het belang van altijd bereikbaar zijn, de vervagende grens tussen de wereld online en offline en de plek van nieuwe media in het moderne leven. Behalve Van Montfoort zelf schuiven ook sociaal wetenschapper Linda Duits en verslavingsdeskundige Daan van Leeuwen aan. Die laatste praatte tijdens Van Montfoorts project regelmatig met de student.

Overgangsfase
Het debat wordt interessant als Van Montfoort vertelt over zijn nieuwe mindset. ‘Ik heb geleerd dat je niet alles tegelijk kunt doen. Het is voor mij fysiek onmogelijk om iets te zeggen en het tegelijk te twitteren. Ik heb geleerd het online gedeelte uit te zetten. Nu ben ik minder afgeleid.’
Duits ziet het minder zwart-wit. ‘We zitten in een overgangsfase, waarin we nieuwe media inpassen in ons sociale leven. Bordjes in cafés zeggen niet meer “niet bellen”, maar “niet wordfeuden”.’ 

Tussendoor vertelt Van Leeuwen over de overeenkomsten die hij ziet tussen Van Montfoort en de drugsverslaafden waar hij mee werkt. ‘Ik herkende dingen die Bram zei. Hij zat in fases. De eerste maanden ging het vanzelf. Een afkickende drugsverslaafde ervaart dat ook. De uitdaging zat in de maanden erna.’

Conclusies blijven maandagavond uit. Net als in Van Montfoorts boek. ‘Ik zie het meer als een persoonlijke reis met verschillende fases.’ Wat hij wel weet, is dat hij eigenlijk niet zonder internet kan. ‘In Colombia vroeg een meisje me naar mijn favoriete muzieknummer. Omdat ik geen laptop had en mijn steenkolenspaans niet voldoende was, ben ik maar het Wilhelmus gaan neuriën.‘
 

  • Meer over Bram van Montfoort in het komende nummer van Trajectum Magazine, dat op 8 oktober in de bakken ligt