Nieuws

Minder studenten naar het buitenland

Foto: Kees Rutten

Voor een minor in het buitenland is minder belangstelling. Vorig jaar schreven zich 608 studenten in. Dit jaar 531. Liliana Dušati, medewerker van het International Office legt uit waardoor het komt.

Het International Office was dit jaar strenger met het inschrijftermijn, mede vanwege het nieuwe aanmeldsysteem Mobility Online. Studenten die een dag later dan 1 februari nog hun keuze wilden doorgeven moesten een heel goede reden hebben voor de vertraging. Liliana Dušati: ‘We merkten dat studenten die zich na de deadline inschreven ons niet alleen veel werk kostten, maar ook extra werk van de internationale partners vroeg. En het gebeurde ook nog vaak dat de laatkomers zich op het laatste moment alsnog afmeldden. Daarom hebben we besloten om in te zetten op de studenten die zich goed voorbereid en weloverwogen inschrijven. We doen veel aan voorlichting. We organiseren bijeenkomsten, zorgen dat we zichtbaar zijn, sturen zelfs een massamailtje vlak voor de Wil Weg Dag, op de derde dinsdag van november.’

Wat zijn populaire bestemmingen?
‘Vaak de Engelstalige landen, zoals Engeland, Ierland, Canada, Australië en de VS. Maar Spanje is dit jaar ook populair en Azië natuurlijk, omdat de ontwikkelingen daar zo snel gaan.’

Heeft de aankomende Brexit invloed?
‘Nee, op dit moment zien we geen daling in het aantal aanmeldingen voor Engeland. Wij volgen met spanning de ontwikkelingen. De studenten die na 29 maart naar Engeland gaan kunnen door de Brexit misschien niet meer in aanmerking komen voor een Erasmusbeurs. Als je daar zonder die 273 euro per maand moet verblijven wordt het een lastiger verhaal.’

Waarom vind je het belangrijk dat studenten naar het buitenland gaan?
‘Nou, van mij hoeft niet iedereen weg. Maar ik vind het belangrijk dat we de mogelijkheid scheppen voor diegenen die het wel willen. Ik hoor altijd dat studenten dingen hebben geleerd die ze nergens anders hadden kunnen leren. Je moet je zelfstandig zien te redden, een andere taal spreken en met een andere cultuur omgaan. Het feit dat Nederlandse studenten bijvoorbeeld vragen mogen stellen in de les wordt in veel andere landen gezien als een belediging voor de docent. Het leert de student dat zijn blik op de wereld er één uit duizenden is en dat alles compleet anders kan zijn voor een ander. Dat is best handig, voor later.’