Columns

Mooi die basisbeurs. Maar niet voor mij

Tristan Lof. Foto: Lucas Versteeg

Tristan Lof (26) studeert Journalistiek aan de HU.

Het is zover. In september dient de basisbeurs zich weer aan en vanaf deze week mogen de uitverkorenen zich al aanmelden. Prachtig nieuws voor als je net begint met studeren, helaas minder goed nieuws voor de langstudeerders onder ons.

Ik maak onderdeel uit van deze ‘pechgeneratie’. Ik heb het komen en gaan van het leenstelsel (ingevoerd in 2017) van dichtbij meegemaakt. Wat een euforie toen ik hoorde dat de basisbeurs weer terug zou komen. Tot ik hoorde dat die viel onder de – met een prachtige liberale term aangeduide – ‘prestatiebeurs’. En laat ik daar nou net geen recht meer op hebben. Ik moet het doen met een schamele troost van 1436 euro aftrek op mijn studieschuld. Ietsjes minder dan de 9.093,80 euro die ik hád kunnen krijgen. Als ik zes jaar later geboren was, maar het is iets.

Niet dat ik mijn hele studietijd te kampen had met armoede. Ik had het geluk altijd een leuke of goedbetaalde baan te hebben die ik prima kon combineren met mijn studie. Daarnaast hielpen opa en oma af een toe een handje. Ik prijs mezelf zeer gelukkig. Ook al had het me ook niet verkeerd geleken om op mijn vijfentwintigste alleen te kunnen wonen. En niet via duizend omwegen het instellingscollegegeld van 8.812 euro te moeten vermijden, omdat ik aan mijn tweede opleiding begonnen was.

Ik heb het natuurlijk ook een beetje aan mijzelf te danken. Waarom moest ik zo nodig twee studies doen? Ik had al lang en breed als succesvol journalist kunnen werken bij de New York Times. Of The Guardian (oké, misschien niet daar) zonder zo nodig een universitair diploma op zak te willen hebben. Maar een iets eerlijkere compensatie was leuk geweest, zeker voor de mensen die het niet zo breed hebben. In plaats van een rente van 0,46 procent op de studieschuld.