Nieuws

Buitenlandse student sneller naar Nederland

Momenteel duurt het ongeveer drie tot zes maanden voordat een buitenlandse student een verblijfsvergunning heeft bemachtigd. Samen met de Immigratie- en Naturalisatie Dienst deden vier Utrechtse onderwijsinstellingen een proef om die wachttijd terug te dringen. Zij klopten niet meer bij de gemeente aan, maar deden rechtstreeks zaken met de IND.
En dat werkt. De dienst is ‘zeer tevreden’ over de proef. Nu de gemeente uit de schakel is, horen de studenten binnen zes weken of ze naar Nederland mogen komen.
Voor Amerikanen en West-Europeanen was het al niet zo moeilijk om Nederland binnen te komen. Maar voor studenten uit bijvoorbeeld Oost-Europa of Azië viel het tot nu toe niet mee. De instellingen verwachten dat de versnelde procedure de internationalisering zal bevorderen.
De deelnemende instellingen waren de Universiteit Utrecht, de Hogeschool Utrecht, de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en de particuliere universiteit Nimbas. Maandag 30 oktober kregen honderdnegentig studenten de verblijfsvergunning die via de nieuwe procedure is aangevraagd. (HOP)

Geen pardon vluchtelingstudenten

Minister Rita Verdonk (VVD) van vreemdelingenzaken ziet niets in een pardonregeling voor vluchtelingstudenten. Om een verblijfsvergunning te krijgen, moeten zij aan dezelfde voorwaarden voldoen als andere asielzoekers, vindt zij.

Dat schrijft Verdonk in een brief aan Ruud Lubbers, voorzitter van de stichting Vluchtelingstudenten UAF. De voormalige CDA-premier had haar verzocht om een verblijfsvergunning te verlenen aan driehonderd vluchtelingen die in Nederland een studie hebben afgerond. Hij noemt de afgestudeerden 'een indrukwekkende verrijking voor de Nederlandse samenleving.
'Velen van deze driehonderd hebben nog geen vergunning tot verblijf voor onbepaalde tijd en een veertigtal heeft zelfs nog niet eens een vergunning tot verblijf voor bepaalde tijd', schreef Lubbers, die van 2001 tot 2005 hoge commissaris voor de vluchtelingen van de Verenigde Naties is geweest.
Verdonk noemt het afstuderen ‘uiteraard een felicitatie waard’. Maar ze wijst erop dat het vreemdelingenbeleid al uitvoerig is besproken in de Tweede Kamer. Ze ziet geen reden om van de huidige lijn af te wijken. (HOP)