Mbo-instellingen die hun onderwijsrendement en stagebegeleiding verbeteren krijgen straks extra geld. Minister Bussemaker wil daarover kwaliteitsafspraken maken.
Vanochtend werd bekend dat ook mbo-instellingen extra geld kunnen krijgen als ze goed presteren. Tot 2017 is er jaarlijks 250 miljoen euro extra beschikbaar, oftewel zeven procent van het totale mbo-budget.
In een brief aan de Tweede Kamer gaat minister Bussemaker nader op de details in. Anders dan in het hoger onderwijs heeft ze het daarin nadrukkelijk over kwaliteitsafspraken en niet over prestatieafspraken. Immers: ze gaan 'niet alleen over kwantitatieve prestaties, maar juist ook over het realiseren van kwalitatief goed en uitdagend onderwijs'.
In het hoger onderwijs zijn prestatieafspraken omstreden. Volgens juristen zouden de afspraken tegen de wet indruisen. De Hogeschool Leiden voert een rechtszaak die de afspraken op losse schroeven kan zetten.
Criteria
Een van de criteria bij de 'kwaliteitsafspraken' is de verbetering van het studiesucces. Daarvoor is samen met het mbo een ‘indicator’ ontwikkeld. De onderwijsinspectie onderzoekt nog of deze vanaf 2016 kan worden gebruikt voor het financieel belonen van betere schoolprestaties.
Bij de bestrijding van voortijdig schoolverlaten gelden sinds 2007 al prestatieafspraken. Het aantal uitvallers is sinds 2002 gehalveerd naar 36 duizend in 2012. Het kabinet wil dat de teller in 2016 op hooguit 25 duizend staat.
Verder wil minister Bussemaker de tevredenheid van studenten en leerbedrijven over de stagebegeleiding gaan meten. Er is een monitor in de maak die scholen op dit punt vergelijkbaar maakt en die als grondslag kan dienen voor extra bekostiging.
Succes in het hbo
Een minder goede school die zich verbetert, kan ook extra geld tegemoet zien, benadrukt de minister: 'Zo krijg je voor elke school ambitieuze, maar haalbare doelen.' Instellingen die nu al zeer goed scoren en dat weten vast te houden worden eveneens beloond.
Verder moet duidelijk zijn hoeveel afgestudeerden een baan vinden, of het bedrijfsleven tevreden over hen is en hoe succesvol de mbo-4-gediplomeerden zijn in het hbo. Maar deze gegevens zullen niet als basis dienen voor extra financiële beloning.
Ook de studenttevredenheid weegt niet mee bij de bekostiging. De huidige tevredenheidscijfers uit de JOB-monitor zijn niet robuust genoeg, vindt de minister. Bovendien verschijnen ze niet één-, maar tweejaarlijks.
