Voorlopig is er weinig animo voor kandidaatstelling in de medezeggenschapsraden, zo bleek bij een tussentijdse inventarisatie. Kandidaten voor onder meer instituutsraden, Hogeschoolraad en opleidingscommissies kunnen zich nog tot 19 maart melden. Ondertussen spreekt Trajectum hierover met enkele raadsleden.
De tweede medezeggenschapper die we raadplegen is Thomas Kroes, derdejaars International Business and Management Studies (IBMS). Hij is lid van het dagelijks bestuur van de Hogeschoolraad (HSR), voorzitter van de studentgeleding van de HSR én van de expertgroep Strategisch beleid, Medezeggenschap en Participatie (ook van de HSR). Daarbij zit Kroes de instituutsraad voor van het Institute for International Business Studies.
Hoe staat het inmiddels met de aantallen kandidaten voor medezeggenschapsraden?
‘Volgens de recente cijfers melden zich meer gegadigden maar is het nog steeds niet naar verwachting. We hopen dat de raden goed gevuld blijven, dat is van belang voor de hele organisatie. Het is te vroeg om hier iets definitiefs over te zeggen: we hebben nog tot en met aanstaande zondag. Maar als het aantal lege plekken in de raden groot is, dan is dat een duidelijke wake-upcall voor zowel bestuur als medezeggenschap.’
‘Er melden zich meer gegadigden maar het is nog steeds niet naar verwachting’
Maar kun je verklaren dat de belangstelling niet groot is?
‘Het is heel lastig om de precieze oorzaken aan te wijzen. De nieuwe organisatiestructuur van de HU is een factor die meespeelt. De instituutsraden bestaan nog maar anderhalf jaar. Daarbij zijn er door een wetswijziging weer verkiezingen voor de opleidingscommissies en gemeenschappelijke opleidingscommissies ingesteld, terwijl de HU die nog niet zo lang geleden had afgeschaft. Dus al die veranderingen komen bijeen bij deze verkiezingen.’
Een aantal GOC-leden zou zich niet opnieuw verkiesbaar willen stellen uit protest dat er verkiezingen zijn. Zij wilden liever blijven zitten maar de Hogeschoolraad besloot dat iedereen zich verkiesbaar moest stellen.
‘Ik heb hierover vanaf het begin een duidelijk standpunt ingenomen: de leden in de medezeggenschap worden in principe democratisch gekozen. De wet biedt de ruimte om leden van de OC’s en GOC’s te benoemen, maar het zou raar zijn om dat zonder democratisch mandaat te doen. Ik vind dat de leden in de OC’s en GOC’s eerst democratisch gekozen moeten zijn. En als zij daarna in overleg met de instituutsdirecteur en instituutsraad besluiten om de aanstellingen van leden voortaan per benoeming te organiseren, dan is dat wat mij betreft prima.’
Wat vind je ervan dat sommigen zich nu uit protest niet verkiesbaar stellen?
‘Dat vind ik op een bepaalde manier dom. Je bent gemotiveerd om jouw opleiding te vertegenwoordigen en wil in een OC zitten, een orgaan dat veel te zeggen heeft. Dan is het toch niet gek om ervoor te zorgen dat studenten achter je staan. Dat kan door verkiezingen en is een normale gang van zaken. Ik snap het probleem van de OC-leden niet. Het gevolg is nu wellicht dat veel OC’s niet voldoende leden hebben en dan zijn er geen verkiezingen nodig.’
‘Daarnaast zijn er alleen verkiezingen als zich meer mensen verkiesbaar stellen dan er zetels zijn. Dan zullen de kandidaten hun best moeten doen om in de raad te komen. Dit zorgt ervoor dat de kandidaten met het grootste draagvlak aangenomen worden. Juist hierdoor is het protest een rare actie. Het lijkt mij evident dat je je verkiesbaar stelt, er hard voor werkt en uiteindelijk beloond wordt met een prachtige positie.’
Wat kan er bij de medezeggenschap binnen de HU verbeteren?
‘Het afgelopen jaar hebben we een hele slag geslagen in het gelijktrekken van de facilitering voor docenten en studenten. Beide groepen krijgen nu evenveel uren vergoed voor dezelfde werkzaamheden; voorheen was dat voor personeel beter geregeld dan voor studenten.’
‘Ik hoop dat de medezeggenschap aan de HU niet al te politiek wordt, zoals bij veel universiteiten’
Ik begrijp dat het aantal uren vergoeding voor medezeggenschappers juist kleiner is geworden.
‘Dat komt omdat we tijdens de beginfase werkten met een tijdelijk reglement en daarin waren de uren behoorlijk hoog opgeschroefd. Dat hebben we in de onderhandelingen met het college van bestuur afgedwongen. Daarna stelde het college voor om niet langer vier uur per week te vergoeden voor leden van OC’s en instituutsraden. Het wilde terug naar twee uur per week. Door constructieve onderhandelingen zijn dat uiteindelijk drie uur geworden.’
Dat is geregeld. Wat kan er verder beter?
‘Misschien moeten we meer promotie maken voor de medezeggenschap. Bij de universiteit bestaat de Week van de Medezeggenschap, waarbij elke raad een activiteit organiseert. Daar zouden wij nog wat van kunnen leren. Daar leeft de medezeggenschap meer dan aan de HU. Binnen de Hogeschoolraad zijn we bezig met het schrijven van een plan voor een permanente promotiecampagne voor de medezeggenschap. Ik hoop wel dat de medezeggenschap aan de HU niet al te politiek wordt, zoals bij veel universiteiten.’
Zoals met de opheffing van de Decentralen, de grootste studentenpartij aan de Universiteit van Amsterdam? Die .stopt ermee omdat ze vinden dat de democratisering niet voldoende van de grond komt.
‘Precies. Daar worden vaak politieke spelletjes gespeeld. Terwijl wij als Hogeschoolraad juist proberen een constructief gesprek te hebben met het college van bestuur. Kijken op wat voor manier we vooruit kunnen in plaats van de hakken in het zand te zetten.’