In een poging het deeltijdonderwijs nieuw leven in te blazen, mag het hbo proefdraaien met een nieuwe vorm van overheidsbekostiging: per voucher. Het experiment slaagt alleen als ook werkgevers hun portemonnee trekken.
Vorig najaar kondigde minister Bussemaker twee experimenten aan die de zieltogende deeltijdstudies van universiteiten en hogescholen aantrekkelijker moeten maken voor werkenden. In het eerste kunnen ze losse onderwijsprogramma’s van dertig studiepunten stapelen tot een diploma, terwijl ze bovendien makkelijker vrijstellingen kunnen krijgen.
In het tweede experiment krijgen ze bovendien een soort tegoedbonnen van de overheid waarmee ze onderwijs kunnen ‘inkopen’ bij bekostigde én particuliere hogescholen. Minister Bussemaker heeft nu bekendgemaakt welke studierichtingen ervoor in aanmerking komen. Het gaat om 27 studierichtingen in de hbo-sectoren techniek/ict, zorg en welzijn, waar tekorten op de arbeidsmarkt zijn.
De opleidingen mogen best iets kosten, maar niet te veel. Minister Bussemaker bepaalt dat het collegegeld voor dertig studiepunten hooguit 3.750 euro mag bedragen. Voor een heel studiejaar is dat 7.500 euro, bijna vier keer zo veel als het wettelijke collegegeld van 1.951 euro.
Maar studenten krijgen vouchers van de overheid ter waarde van maximaal 1.250 euro per dertig studiepunten, dus 2.500 euro per jaar. De resterende vijfduizend euro moeten de student en zijn werkgever zelf betalen. De kosten voor de student zullen 'ongeveer vergelijkbaar' zijn met het huidige wettelijke collegegeld, schat Bussemaker.
Opleidingen (binnen de 27 richtingen) kunnen zich nu inschrijven voor het experiment. In het najaar van 2015 maakt minister Bussemaker een selectie. De medewerking van de werkgevers is daarbij een belangrijk criterium, schrijft ze. 'Cofinanciering van de vouchers door werkgevers is een onmisbaar element.'
Kritiek
Begin 2014 adviseerde een commissie onder leiding van Alexander Rinnooy Kan het kabinet met vouchers te gaan experimenteren. De Vereniging Hogescholen reageerde afwijzend. 'Het risico ontstaat dat er slechts een beperkt aantal deeltijdopleidingen overeind blijft, namelijk alleen die opleidingen die commercieel aantrekkelijk zijn. Dat is een slechte zaak', zei voorzitter Thom de Graaf. Ook studentenorganisaties ISO en LSVb zagen weinig in het plan.
Zelfs binnen de adviescommissie bleven de gelederen niet gesloten. Een van de leden, afkomstig van vakbond FNV, stapte vroegtijdig op omdat hij geen onderwijsgeld wil geven aan 'de vrije jongens'.
Maar er moet toch iets gebeuren, meent het kabinet. Het gaat al jaren slecht met het deeltijdonderwijs. Rond de eeuwwisseling begonnen zo’n twintigduizend mensen aan een hbo-deeltijdopleiding en dat aantal is vrijwel gehalveerd. Aan de universiteiten waren er altijd al minder, maar dit jaar begonnen nog geen tweeduizend mensen aan een universitaire deeltijdstudie.
Overigens blijven de regels voor ‘tweede studies’ gewoon van kracht. Studenten krijgen alleen vouchers als ze nog niet eerder een diploma in het hoger onderwijs hebben behaald of als ze zich laten omscholen naar de zorg of het onderwijs.