Kort

Misstanden USC verplaatsen zich naar corpshuizen

Waar ontgroeningen vroeger symbool stonden voor excessen binnen het corpsleven, verschuiven de misstanden nu naar de Utrechtse studentenhuizen van het USC. Achter gesloten deuren kampen vooral jongerejaars met groepsdruk, grensoverschrijdend gedrag en machocultuur, blijkt uit onderzoek van NRC.

Een eerstejaarsstudent beschuldigt een oudere huisgenoot van seksueel grensoverschrijdend gedrag. In een brief schrijft hij ‘mentaal zwaar beschadigd’ te zijn geraakt. Andere incidenten versterken het beeld van ontspoord gedrag in corpshuizen, zoals de beruchte ‘bangalijst’ en een zedenzaak waarbij een corpslid tot celstraf werd veroordeeld.

Hoewel de officiële kennismakingstijd inmiddels beter wordt gereguleerd, blijven corpshuizen vrijwel onzichtbaar voor toezicht. Door het principe van ‘externe eer’ blijven veel misstanden binnenskamers, uit angst voor reputatieschade en financiële gevolgen voor investeerders binnen het corps, schrijft NRC.