Sywert van Lienden, initiator van de G500, vertelt in Trajectum Magazine over dat initiatief, over generaties en over politiek. Online publiceert Trajectum zijn verhaal over hoger onderwijs, elite-opleidingen en zijn drie studies.
Er wordt wel eens gepleit voor een Oxford aan de Amstel of een Harvard aan de Maas. Moeten er meer elite-opleidingen komen en verder middelmatige?
‘Ik denk dat die middelmaat al bestaat door de massaliteit van opleidingen, zowel in het hbo als het wo. De commissie-Veerman kwam met een goed rapport over hoe hogescholen en universiteiten zich moeten onderscheiden en welke investeringen daarvoor nodig zijn. Dat wordt nu een beetje halfslachtig uitgevoerd, en zonder extra geld. Dat schiet niet op.
Een voorbeeld zijn de rechtenopleidingen. Je kunt op zoveel plekken rechten studeren, dat leidt per definitie tot middelmaat. Alleen al omdat niet alle goede hoogleraren op één plek zitten. Waarom maken we in Nederland niet één rechtenuniversiteit naar voorbeeld van Bologna in Italië? Of waarom voeren we geen numerus fixus in om kleinschalige opleidingen te creëren? Dat werkt in Duitsland heel goed.’
Dan komt de toegankelijkheid van het hoger onderwijs in gevaar, zeggen studentenorganisaties.
‘Het is kiezen of delen. Wil jij telkens in een werkcollege zitten waar driekwart van de studenten zijn boeken niet heeft gelezen? Waar professoren afhaken omdat ze telkens alles moeten herkauwen? Ik heb bij de UvA een docente die college heeft gegeven in Londen, Italië en New York. Die is compleet afgehaakt. Studenten komen niet opdagen, ze leveren hun opdrachten niet in en ze lezen niets. Dat zijn dure uren.
Daarbij komt dat er elk jaar veel gemeenschapsgeld aan mij en mijn medestudenten wordt uitgegeven. Tegelijkertijd zie ik dat medestudenten moe zijn omdat ze de nacht ervoor hebben staan tappen voor een paar euro per uur. Het rendement van die geïnvesteerde onderwijseuro is dan wel heel laag. Dat noem ik penny wise, pound foolish.’
Kom je zelf nog wel aan studeren toe?
‘Jawel hoor. Al ga ik alleen nog naar de echt verplichte dingen. Maar gisteren zat ik gewoon de hele dag op de UvA. Kijk, ik ben ook geen heilig boontje. Ik ben ook wel eens minder voorbereid en haal ook wel eens een zesje of een onvoldoende. Maar als je wilt studeren, moet je soms eens een nachtje door. Het scheelt dat ik op rotzooi kan leven en met weinig slaap toe kan.’
Zijn studenten te weinig politiek actief? In medezeggenschap zijn ze nauwelijks geïnteresseerd.
‘Vind je het gek? Onlangs waren er verkiezingen voor de studentenraad op de UvA en dat was echt een aanfluiting. In feite zou je ze moeten boycotten. Studentraadsleden hebben én geen achterban én kunnen formeel niet meebesturen. Ze hebben alleen ‘adviesrecht’ aan de decaan. Ik kan mijn adviesrecht ook nemen en de decaan zelf een mailtje sturen. Verder heb ik niet het idee dat mijn opleiding door de studentenraad echt verbetert. Er worden hoogstens wat praktische zaken geregeld. Als studenten een opleiding slecht vinden kunnen ze met hun voeten stemmen en vertrekken naar een plek waar het onderwijs beter is.’
Dat doet geen hond.
‘Dan moeten ze ook niet zeuren. Ik vind het onbegrijpelijk dat mensen klagen dat de kwaliteit van hun bachelor verschrikkelijk is. Maar dat ze het vervolgens wel makkelijk vinden om op dezelfde plek een master erachteraan te plakken. Dan denk ik, Nederland is zo klein. Pak de trein.’
In de papieren editie van Trajectum die morgen verschijnt staat een uitgebreid interview met Sywert van Lienden