Nieuws

Inspectie kritisch over vrijstellingen

Het gaat helemaal mis met het ‘ervaringscertificaat’ in het hoger beroepsonderwijs. De certificaten slaan nergens op en hogescholen weten niet wat ze ermee aan moeten.
 
Het idee leek zo mooi: waarom zouden mensen vier jaar lang moeten studeren, als ze bepaalde vaardigheden allang in praktijk hebben verworven? Dankzij de erkenning van ‘elders verworven competenties’ zouden mensen makkelijker vrijstellingen kunnen krijgen om dan in een mum van tijd een hbo-diploma te behalen.
 
Maar dat idee is geflopt. De Onderwijsinspectie veegt de vloer aan met de certificaten voor ‘elders verworven competenties’ (evc). Die schieten ernstig tekort. In meer dan negentig procent van de gevallen is niet duidelijk hoe de vaardigheden zijn getoetst en wat er precies wordt erkend. 'Veel onderbouwingen dekken de competenties qua breedte, diepgang en niveau onvoldoende.'
 
Ook de documenten zelf zijn bedroevend. 'Met regelmaat worden ervaringscertificaten aangetroffen die grammaticale fouten bevatten en in onbeholpen Nederlands zijn opgesteld. Dit komt de uitstraling van het ervaringscertificaat en daarmee het vertrouwen in evc niet ten goede', meent de inspectie.
 
Soms staat in het evc-document dat een kandidaat een bepaalde vaardigheid ‘gedeeltelijk’ beheerst. Daar heb je niets aan, vindt de inspectie, want er staat niet bij welk gedeelte wel en niet beheerst wordt.
 
Hier komt nog bij dat examencommissies weinig ervaring hebben met evc’s. Soms kiezen ze er daarom voor om de beoordeling ervan uit te besteden, 'en wel zo dat zij daarbij hun wettelijke taak niet vervullen'. Alleen de examencommissie zelf mag immers vrijstellingen verlenen.
 
Zijn er dan mensen aan een diploma geholpen die bepaalde vaardigheden eigenlijk nog niet beheersen? Aan die vraag wil de inspectie de vingers niet branden, maar zij ziet wel 'forse risico’s voor de kwaliteitsbewaking'.