De Europese Onderzoeksraad heeft dit jaar bijna 800 miljoen euro aan onderzoekssubsidies verdeeld onder jonge topwetenschappers. Het kleine Nederland doet opnieuw goede zaken.
Onderzoekers aan Nederlandse instellingen slepen 51 van de 536 ‘starting grants’ in de wacht. Dat zijn er vier meer dan vorig jaar, al waren er toen minder beurzen te verdelen. In procenten scoort Nederland iets lager dan in 2011: 9,5 procent nu, om 9,8 in 2011.
Alleen het Verenigd Koninkrijk (131), Duitsland (78) en Frankrijk (73) krijgen meer beurzen. In Nederland gaan de meeste naar de TU Delft en de Rijksuniversiteit Groningen.
Landen hebben hun beurzen niet altijd aan hun eigen burgers te danken. Duitse wetenschappers kregen de meeste (92) en Nederlanders 39, twee minder dan in 2011. Opvallend goed scoren opnieuw de Italianen met 42 beurzen. Zij gaan vaak weg uit hun land om elders in Europa te werken.
Het aandeel vrouwen onder de beurswinnaars steeg van 21 naar 24 procent.