PvdA-minister Jet Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap krijgt hoger onderwijs en mbo in haar portefeuille. Ook cultuur valt onder haar verantwoordelijkheid.
Haar staatssecretaris Sander Dekker (VVD) neemt het primair en voortgezet onderwijs en de media onder zijn hoede. Wie het wetenschapsbeleid krijgt, wordt later vandaag bekend.
Bussemaker kent het hoger onderwijs goed. De afgelopen anderhalf jaar was ze rector van de Hogeschool van Amsterdam. Het waren roerige tijden in het hbo door alle commotie rond diplomafraude bij Inholland. 'Opeens moest je op verjaardagsfeestjes uitleggen wat je eigenlijk zo al uitvoerde op een hogeschool', zei Bussemaker in haar toespraak bij de opening van het nieuwe studiejaar. 'Volslagen onterecht, hoe het hele hbo in diskrediet werd gebracht.'
Ook bij de economische opleidingen van haar eigen hogeschool rommelde het. Eind vorig jaar berichtte dagblad De Telegraaf op gezag van een voormalige opleidingsmanager over diplomafraude aan de HvA. De beschuldigingen hielden echter geen stand. Wel bleken enkele opleidingen nogal zwak. De Inspectie zou de opleidingen in de gaten houden.
Voordat ze in de politiek ging, was Bussemaker politiek wetenschapper aan de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit. Tussen 1992 en 1995 was ze lid van GroenLinks, maar in 1997 stapte ze over naar de PvdA. Voor die partij kwam ze een jaar later in de Tweede Kamer. In 2007 werd ze staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het eerste kabinet Balkenende.
Staatssecretaris Sander Dekker deed in het hoger onderwijs vooral stof opwaaien als wethouder Financiën van de gemeente Den Haag. Hij eiste veertigduizend euro subsidie terug van de acht miljoen euro die de Universiteit Leiden had gekregen, omdat twee bestuurders en een hoogleraar van deze universiteit meer verdienden dan het gemiddelde ministersalaris van 193 duizend euro. Sinds 2011 wil Den Haag daar niet meer voor betalen.
'We hebben hiertoe besloten omdat er – ondanks alle verontwaardiging – niets gebeurt vanuit de sector', legde Sander Dekker toen uit. 'De wetgeving vanuit de landelijke overheid laat lang op zich wachten, dus in Den Haag doen we het nu zelf.'
Dekker kwam in 2003 in de Haagse gemeenteraad. In 2006 werd hij wethouder van Onderwijs, Jeugd en Sport. In 2010 stapte hij over naar Financiën en Stadsbeheer.
Voor het wetenschapsbeleid hebben beide bewindspersonen goede papieren. Bussemaker was zelf wetenschapper, maar Dekker was voorzitter van het Rathenau Instituut.
FOTO: Nico Bogaards