Het Amsterdamse Maagdenhuis is al weken bezet, maar in andere studentensteden slaat de vlam nog niet in de pan. 'Je moet eerst een gesprek met het bestuur voeren.'
Terwijl de demonstraties in Amsterdam voortduren en in Londen navolging krijgen, blijft het in andere Nederlandse studentensteden rustig. Hier en daar is een spandoek in de lucht gestoken, maar verder dan gesprekken en bijeenkomsten lijkt het nog altijd niet te gaan. Hoe kan dat?
Tom Hoven van de Landelijke Studenten Vakbond heeft er wel een verklaring voor. 'In andere steden zijn studenten nu in gesprek met hun college van bestuur: hoe is de situatie hier, hoe kan het beter? Dat hebben we ook aangemoedigd. Zomaar uit het niets een gebouw bezetten is niet wenselijk.' Bovendien is er in sommige steden meer onvrede dan in andere.
Hernieuwd engagement
Een woordvoerder van het Maagdenhuis zegt: 'Er gebeurt wel wat. Je ziet dat studenten in andere steden met het bestuur praten. En als het zonder actie kan, is dat te gek. We merken wel dat studenten ook in andere steden op het randje zitten. Ze willen op de bres springen voor dingen die je niet kunt kwantificeren, dingen die geen economische output geven en toch hun waarde hebben. Er is een hernieuwd engagement.' Een bezetting werkt wel, onderstreept hij. 'Door onze protesten is niets doen voor het UvA-bestuur geen optie meer. Wij zijn nu een andere gesprekspartner geworden, we kunnen meer bereiken.'
Dat zien ze op andere instellingen natuurlijk ook. Studenten van de Vrije Universiteit hielden een bijeenkomst in de gang voor de kantoren van het college van bestuur en sociale wetenschappers hebben zich achter de UvA-protesten geschaard. Maar aan de VU rommelt het al langer.
Frisse wind
Ook in Utrecht verzamelen de critici zich, bijvoorbeeld binnen de faculteit geesteswetenschappen. Er waait wel een frisse wind door de medezeggenschap, schrijft de universitaire nieuwswebsite DUB. Maar van hevige protesten is nog geen sprake en een bijeenkomst met het college van bestuur werd door studenten en docenten matig bezocht.
Aan de Hogeschool Utrecht, waar de medezeggenschap tot drie keer toe de begroting weigerde goed te keuren wegens een reorganisatie, was een levendiger bijeenkomst van studenten, medewerkers en bestuur. Maar een bezetting komt er voorlopig niet.
Revolutie
Al breekt de revolutie nog niet uit, sympathie voor de kritiek van de actievoerders is er wel. Bijvoorbeeld aan de Erasmus Universiteit Rotterdam: weliswaar blijkt maar een kwart van de EUR-studenten iets te weten van de Nieuwe Universiteit, waarin de actievoerders zich hebben verenigd, maar de meerderheid is wel tegen ‘rendementsdenken’.
Bij de naburige Hogeschool Rotterdam zijn ze helemaal niet van plan om een gebouw te bezetten: het bestuur luistert daar goed naar studenten. Sterker nog, die mogen zelfs wel wat minder gezapig zijn, vindt de bestuursvoorzitter.
Tijdelijke contracten
In Maastricht leeft het onderwerp sterker: een bijeenkomst van het college van bestuur met kritische studenten en docenten werd druk bezocht. Daar kwamen ook de vele tijdelijke contracten van onderzoekers aan bod: uit angst hun baan te verliezen zouden medewerkers weinig tegenspraak durven geven.
Zo leeft de kritiek dus op veel plaatsen. Opvallend genoeg blijft de landelijke politiek buiten schot. De protesten en discussies vinden binnen de muren van de onderwijsinstellingen plaats. Soms staat een actiegroep met een petitie op het Binnenhof, maar een grote landelijke demonstratie lijkt er voorlopig niet te komen