Onderwijsminister Bussemaker was wel erg optimistisch toen ze het hoger onderwijs één miljard euro extra beloofde. Het blijkt nagenoeg onmogelijk om tweehonderd miljoen euro te besparen op de ov-studentenkaart.
Met veel kunst- en vliegwerk kan de minister 205 miljoen euro besparen op de ov-studentenkaart, aldus een rapport dat gisteren werd gepresenteerd. Maar daar zit een bezuiniging in die niets met de ov-kaart te maken heeft.
Als universiteiten en hogescholen hun roosters aanpassen om studenten uit de spits te halen, kunnen ze meteen geld uitsparen door hun gebouwen beter te benutten, is de gedachte. Met het contract voor de ov-studentenkaart heeft dat niets te maken.
De taskforce die er op verzoek van het kabinet onderzoek naar deed, denkt dat de minister hooguit 147 miljoen kan afsnoepen van het bedrag dat ze aan vervoerders betaalt voor de ov-studentenkaart. In het gunstigste geval. Want loopt het allemaal niet op rolletjes, dan verwacht de taskforce een besparing van slechts 111 miljoen.
Een miljard
Toen minister Bussemaker haar plannen met de studiefinanciering presenteerde, kondigde ze nog aan dat er maar liefst één miljard euro extra naar het hoger onderwijs zou gaan. Dat dit een nogal optimistische rekensom is, bleek eerder al. Het afschaffen van de basisbeurs levert slechts zo’n 600 miljoen euro op.
Daar zou die 200 miljoen van de ov-kaart bovenop moeten komen. Maar als zelfs de taskforce niet gelooft dat dat gaat lukken, verdwijnt het miljard van Bussemaker steeds verder uit beeld.
