De meeste studenten van de Hogeschool Rotterdam zijn gelukkig en gezond. Toch is de helft bij vlagen neerslachtig en noemt zeven procent zichzelf depressief.
Door Hein Cuppen (HOP)
In het voorjaar van 2016 stuurde hogeschoolblad Profielen alle HR-studenten een uitgebreide vragenlijst. Daarin werd onder meer gevraagd wat hen gelukkig maakt, of ze ook ‘donkere dagen’ kennen en of ze weleens zelfmoord hebben overwogen.
Uit de zesduizend ingevulde vragenlijsten, die de redactie samen met het kenniscentrum Talentontwikkeling van de hogeschool analyseerde, blijkt slechts elf procent van de studenten nergens last van te hebben. De helft is weleens een langere periode neerslachtig, maar na wat goede gesprekken met vrienden, familie of de decaan gaat dat weer over.
Antidepressiva
Bij zeven procent van de studenten is meer aan de hand: zij noemen zichzelf depressief. Zes procent slikt of slikte antidepressiva. Een kwart van alle studenten heeft ooit overwogen een einde aan zijn leven te maken, en één procent deed het afgelopen jaar daadwerkelijk een poging.
Studenten met studievertraging hebben vaker klachten van depressieve aard. En ook moslims, boeddhisten, hindoestanen, joden en studenten met een ‘ander geloof’ zijn zwaarder op de hand dan studenten die zichzelf niet-gelovig of christelijk noemen.
