Nieuws

Nieuw fonds voor EU-studenten in Nederland

Als de Tweede Kamer akkoord gaat, wordt het fonds in 2007 ingevoerd. Het ministerie stelt er twee miljoen euro voor beschikbaar, oplopend naar jaarlijks 5,5 miljoen euro vanaf 2009. Om te voorkomen dat het geld verwatert, is het fonds alleen bedoeld voor universiteiten en hogescholen instellingen met minstens anderhalf procent Europese studenten.

Het bedrag dat universiteiten en hogescholen op hun rekening krijgen, is niet vrij besteedbaar. Zo is het nadrukkelijk niet de bedoeling dat instellingen het collegegeld van hun Europese studenten ermee betalen. Want daarvoor is het collegegeldkrediet bedoeld waarvan Europese studenten straks gebruik kunnen maken. Waar universiteiten en hogescholen de extra euro’s wel aan mogen uitgeven, maakt Bruins bekend als hij heeft overlegd met de betrokken instellingen.

Toen zijn voorganger Mark Rutte de zogenoemde Raulinvergoeding uit de begroting schrapte omdat EU-studenten voortaan een collegegeldkrediet bij de staat konden afsluiten, voerden met name de universiteiten uit de grensgebieden een felle campagne: de maatregel zou tot een dramatische terugval van Duitse en Belgische studenten leiden, omdat deze in eigen land weinig tot geen collegegeld hoefden te betalen. De lobby had succes, want de Tweede Kamer floot Rutte terug.

Of het nieuwe voorstel wel door de Tweede Kamer komt, moet nog blijken. Bruins meldt in zijn brief dat koepelorganisaties HBO-raad en VSNU positief tegenover het plan staan. Daarnaast wijst hij er op dat de meeste Duitse deelstaten sinds kort ook collegegeld heffen. “Dit bedraagt maximaal duizend euro per jaar en daarnaast wordt ongeveer tweehonderd euro per jaar inschrijfgeld geheven. Het prijsverschil met Nederland is dan nog maar driehonderd euro per jaar.”

Volgens de staatssecretaris kiezen Europese studenten hun Nederlandse opleiding om de inhoud. “Vijfenveertig procent van de Raulinstudenten geeft als belangrijk motief aan dat de betreffende opleiding in eigen land niet bestaat”, schrijft hij. Niet kan worden vastgesteld in hoeverre financiële motieven een rol spelen bij hun keuze voor Nederland. (HOP)