Universiteiten en hogescholen mogen van studenten eisen dat ze in één jaar alle studiepunten van de propedeuse halen. Die eis is niet per se onredelijk, oordeelt de onderwijsrechter in drie vonnissen.
Het gaat om twee rechtszaken tegen de Erasmus Universiteit Rotterdam en een tegen de Hogeschool Rotterdam. De studenten zijn na hun eerste jaar weggestuurd met een ‘bindend studieadvies’, maar vochten die beslissing aan.
De Erasmus Universiteit Rotterdam introduceerde in 2012 een nieuwe norm. Onder het motto ‘Nominaal is Normaal’ moeten studenten er in het eerste jaar zestig studiepunten behalen, zodat ze in het tweede jaar met een schone lei kunnen beginnen. Ze mogen wel vijven compenseren met hogere cijfers op andere tentamens.
Volgens de Rotterdamse universiteit verspillen studenten nu minder tijd aan herkansingen en werken ze harder voor hun volgende tentamens. Maar critici hebben hun twijfels of het systeem wel goed is voor het onderwijs.
Spaak in het wiel
Drie jaar geleden leek ook de onderwijsrechtbank (College van Beroep voor het Hoger Onderwijs) een spaak in het wiel te steken, maar dat was in een tussenuitspraak. De rechtszaak zelf werd toen geschikt, zodat het niet tot een principieel vonnis kwam.
Kern van de zaak: een bindend studieadvies is bedoeld om studenten weg te sturen die ongeschikt zijn voor hun opleiding. Maar kun je wel zeggen dat iemand ongeschikt is als die niet in één keer alle zestig punten behaalt?
Een afzwaaiende onderwijsrechter stookte bij zijn afscheid het vuurtje weer op. Hij keek met lede ogen naar de Rotterdamse praktijk. “Ze zeggen daar: Nominaal is Normaal. Misschien is het inderdaad normaal om vlot te studeren, maar de vraag is: ben je ongeschikt als je dat niet doet? Dat is helemaal niet zeker.”
Niet onredelijk
Dus toen het Landelijk Studenten Rechtsbureau in januari een proefproces aankondigde, was lang niet zeker of ‘Nominaal is Normaal’ overeind zou blijven. Maar dat is nu wel gebeurd. De norm van zestig studiepunten is hoog, vindt het CBHO, maar er is goed over nagedacht en er zijn voldoende mogelijkheden om die punten ook echt te behalen. De rechter noemt het systeem “niet kennelijk onredelijk”.
In de ene zaak haalde de student gewoon te weinig studiepunten zonder dat er persoonlijke omstandigheden in het spel waren. Er zijn niet genoeg herkansingsmogelijkheden, was de strekking van het betoog, en met deze norm kun je niet bepalen of iemand geschikt is. Maar daar denkt de rechter dus anders over.
In de tweede zaak speelden persoonlijke omstandigheden wel een rol. Slechts één tentamen had de studente gemist. Dankzij de compensatieregeling zou ze op 52,5 studiepunten uitkomen. Is ze dan werkelijk ongeschikt voor haar opleiding? Vroeger lag de norm op slechts 42 punten.
Reünie
Volgens haarzelf was er bovendien sprake van overmacht. Ze miste haar herkansing omdat ze naar een familiereünie in Curaçao ging. Maar dat komt voor eigen rekening, vindt de universiteit, en dat vindt de rechter ook. Dus heeft ze uiteindelijk te weinig studiepunten, met of zonder compensatie.
De zaak tegen de Hogeschool Rotterdam verliep langs dezelfde lijnen. Een student commerciële economie moest alle zestig studiepunten behalen, maar redde dat niet en kon zijn onvoldoendes niet helemaal wegpoetsen met hogere cijfers voor andere tentamens. Hij had 52 studiepunten behaald, waarvan vier dankzij compensatie. Hij deed achteraf een beroep op persoonlijke omstandigheden, waaronder een sterfgeval in de familie, maar toen was hij te laat: het bsa was al gegeven en de hogeschool kon niet meer vaststellen of zijn studieproblemen daar werkelijk mee te maken hadden.