De oppositie is er opnieuw niet in geslaagd om de verhoging van de rente op studieschulden van tafel te krijgen. Ook het CDA houdt zich – ondanks bezwaren tegen het leenstelsel – aan de afspraken in het regeerakkoord.
De SP deed gisteren een ultieme poging om de regeringspartijen en minister Van Engelshoven op andere gedachten te brengen. Volgens Kamerlid Frank Futselaar schort er van alles aan de onderbouwing en argumentatie van minister Van Engelshoven. Zo noemde hij het bedrag van 226 miljoen dat de renteverhoging in de toekomst moet opleveren ‘boterzacht’. Kleine afwijkingen in de aannames waarop dat bedrag is gebaseerd, kunnen volgens hem grote gevolgen hebben.
Ook is hij bang dat de maatregel verder bijdraagt aan de verminderde doorstroom van mbo’ers naar het hbo. Jongeren spelen op safe, was zijn boodschap en: ‘Schuld dempt ambitie.’
GroenLinks en de PvdA, die de invoering van het leenstelsel in 2015 mogelijk maakten, zijn ook tegen de renteverhoging. Voor het nog verder oplopen van de studieschuld hadden ze destijds niet getekend.
Achterhoedegevecht
Maar het bleek een achterhoedegevecht. VVD en D66 steunen de renteverhoging voluit en ook het CDA doet dat, al is dat tegen de nadrukkelijke wens van de eigen leden. Kamerlid Harry van der Molen herinnerde er nog maar eens aan het CDA altijd tegen het leenstelsel is geweest, maar dat het in een coalitie nu eenmaal geven en nemen is. De renteverhoging is onder de gegeven omstandigheden ook best verdedigbaar, meent hij. Volgens hem lenen studenten nu te veel geld. Dat wordt door de wetswijziging minder aantrekkelijk.
Minister Van Engelshoven bleef bij haar standpunt. Ze meent dat de maatregel bijdraagt aan meer solide overheidsfinanciën en dat dit uiteindelijk ook goed is voor het onderwijs. Ook hamerde ze erop dat het niet de studenten, maar de werkenden zijn die de verhoging opbrengen: ‘Mensen die dankzij een kwalitatief goede opleiding een goed inkomen kunnen verdienen en naar rato van dat inkomen afbetalen.’ Daarmee blijft het leenstelsel sociaal, vindt ze.
Verrassend
GroenLinks kwam nog met een motie die de regering oproept te onderzoeken wat de gevolgen voor de studieschuld zijn als de afbetalingsperiode wordt teruggebracht naar 25 jaar. D66-Kamerlid Paul van Meenen noemde het de verrassing van de dag: ‘Als je als fractie bezwaar hebt tegen de verhoogde maandlasten – die 12 euro voor werkenden met een inkomen boven modaal – dan is het toch wel heel verbazend dat je komt met het voorstel om de maandlasten echt te laten exploderen door de afbetalingstermijn eens eventjes met tien of meer jaar te gaan bekorten.’
Maar dat is niet de bedoeling van Groen Links. De partij vraagt zich vooral af of het mogelijk is om mensen die moeite hebben met afbetalen niet eerder van hun studieschuld te verlossen.
Volgende week wordt er gestemd over het wetsvoorstel.