Columns

Wanneer is het klaar?

Youssra
Youssra Oulad Messaoud - foto: Kees Rutten

Iedere veertien dagen schrijft Journalistiek-studente Youssra Oulad Messaoud een column voor Trajectum. Haar eerste column kreeg veel aandacht, van social media tot De Nieuwe Maan op tv. Nu twijfelt ze: ‘Wil ik hiermee doorgaan?’

Tot mijn grote verbazing heeft mijn eerste column super goed uitgepakt. Het heeft voor opschudding en schuring gezorgd met dank aan jullie, de lezers.

De afgelopen weken heb ik constant gesprekken gevoerd met mensen in mijn omgeving en mijn journalistieke netwerk, vaak over hun ervaringen als bi-culturele journalist. Deze gesprekken hebben veel losgemaakt.

Allereerst viel mij op dat bi-culturele studenten niet gewoon kunnen studeren. Omdat ze buiten hun opleiding en werk ook nog werken aan een betere sfeer voor (toekomstige) studenten die op hen lijken. Waarom kunnen wij niet gewoon studeren, werken, onze passie naleven zonder aan de zijlijn ook nog te vechten voor gelijkheid?

Er wordt ons een verantwoordelijkheid toegeschreven die wij moeten nemen, omdat witte mensen en instituten dit vaak niet vanuit zichzelf doen. En als ze wel verantwoordelijkheid nemen, is het vaak performative en van korte duur.

Daarnaast werd mij duidelijk hoe grootschalig het probleem is. De hoeveelheid anekdotes, ervaringen, microagressies, racistische en discriminerende woordenwisselingen die bi-culturele studenten binnen en buiten de journalistiek met mij deelden zijn ongeëvenaard. Het diverser maken van de journalistiek is geen recente problematiek. Dit is iets waar men al dertig jaar naar vraagt, maar constant benoemen witte mensen dezelfde argumenten. ‘We weten ze niet te vinden.’ ’Het is de cultuur.’ ‘Het is de slechte beheersing van de taal.’ ‘Het zijn de risico’s voor journalisten in Turkije en Marokko.’

Bij al deze argumenten leggen ze de verantwoordelijkheid bij de ander. Terwijl witte instituten de macht en middelen hebben om hier verandering in te brengen. Er zijn talloze onderzoeken en publicaties geweest die kunnen dienen als handboek voor inclusiviteit. Neem als voorbeeld ‘Heb je een boze moslim voor mij’ van Zoë Papaikonomou en Annebregt Dijkman.

Zonder inclusie geen diversiteit. Zolang er slechts een enkeling met een migratie-achtergrond les blijft geven aan de opleiding, zolang er alleen maar witte bronnen gebruikt worden voor stukken, zolang journalistiek-studenten en werkende journalisten geen ruimte geven aan journalisten van kleur zal diversiteit niet plaatsvinden. Representatie in de bestuurlijke tak van de journalistiek is de sleutel.

De laatste dagen ben ik gaan twijfelen of ik wil blijven doorgaan met het publiekelijk laten horen van mijn stem over deze problemen. Niet omdat ik geen steun krijg, maar omdat ik dit niet mijn ding wil laten worden. Ik heb meer te bieden dan een stem voor studenten met een migratie-achtergrond en ben ook bang dat witte redacties dit niet zullen inzien. Het is jammer dat ik over zulke keuzes moet nadenken. Maar ik weet ook dat ik lang niet de enige ben.