Ongeveer veertien jaar geleden vluchtte Ruhina Hosseini (22, derdejaars HBO-Rechten) met haar ouders en drie broers vanuit Afghanistan naar Nederland. Ze zet zich, samen met tien eveneens uit Afghanistan gevluchte leeftijdsgenoten, in voor weeskinderen in hun geboorteland. Eerste wapenfeit: een school in Kabul. Een portret van een Afghaanse met Hollandse nuchterheid.
Ze drinkt haar koffie verkeerd, knijpt haar ogen dicht tegen de laagstaande herfstzon.‘Lekker warm voor de tijd van het jaar.’ Ruhina kan zich niet veel meer herinneren over haar komst naar Nederland.
Maar de kou vergeet ze nooit meer. ‘We hadden korte broeken aan. We stonden te klappertanden op Schiphol. Het was KOUD. En mijn moeder maar zenuwachtig zoeken in haar koffer naar warme kleren.’
Het gezin Hosseini komt terecht in het oosten van het land. In Wezep, vlakbij Zwolle. Ruhina noemt het liefkozend ‘haar dorpje’. Haar dorp waar ze voor het eerst op een schoolplein staat. Op achtjarige
leeftijd. Met uitsluitend oer-Hollandse kinderen in een kring om haar heen die haar nieuwsgierig aanstaren. Op de eerste schooldag leert ze het woord ‘praten’. ‘Ik hoorde alleen maar “ggrrgrgr… praten…
grgrgrrgrgr… praten” dus ik vroeg: “praten?” De meester maakte een flapgebaar met zijn handen: praten.’Misschien waren het weken, maanden of misschien jaren, maar voor haar gevoel heeft ze het Nederlands redelijk snel onder de knie. Tegen de tijd dat Ruhina naar
de middelbare school moet, heeft ze de vijf jaar leerachterstand zo glansrijk ingelopen dat ze meteen door kan naar de havo. Na het eindexamen begint ze aan haar studie hbo-rechten. Een weloverwogen keuze, want ze wil zich later inzetten voor Internationaal vrouwenrecht.
STUDIE
‘Studeren gaat me niet altijd makkelijk af.Ik moet keihard werken. Taalvaardigheid is het allergrootste struikelblok. Ik hussel nog steeds de, het en een door elkaar. Ik vraag me af of ik het ooit onder de knie krijg. Vorig jaar worstelde ik zo erg met de toch al ingewikkelde juridische teksten, dat mijn docent voorstelde om een andere richting
te kiezen. Geen denken aan. Ik moet en zal dit afmaken, al doe ik er tien jaar over. Zo zit ik in elkaar. Nu probeer ik mijn taalgevoel te
trainen door meer boeken te lezen en een cursus grammatica te volgen. Dat helpt. Nu heb ik met mijn studie misschien een lastige
keuze gemaakt, maar als ik ergens aan begin, maak ik het af.’
NIEUWS
‘Wanneer ik op het nieuws hoor dat er burgerslachtoffers zijn gevallen in Kandahar, moet ik altijd even slikken. Het grootste deel van mijn familie woont daar. Mijn ouders proberen na zulk slecht nieuws altijd
contact op te nemen met een tante of oom. Maar heel eerlijk, volg ik niet alle berichtgeving uit Afghanistan. Het doet mij veel pijn dat mijn geboorteland nog steeds in puin ligt. Als ik me daar veel mee bezig houd, word ik gek. Dan ga ik malen. Ik vind dat ik mijn energie beter kan omzetten in iets praktisch, zoals de Rehna Foundation, een stichting die zich inzet voor educatie van weeskinderen. Zo heb ik het idee dat ik tenminste nog iets doe.’
KANDAHAR
‘Van de een op de andere dag waren we weg. Ik was te jong om dat te begrijpen of om vragen te stellen. De exacte beweegredenen weet ik nog steeds niet. Ik ben er natuurlijk nieuwsgierig naar maar er wordt thuis simpelweg niet over gepraat. Niet terugkijken, maar verdergaan, is ons credo. Als ik denk aan Kandahar, herinner ik me vooral het huis waarin wij woonden. Van de omgeving heb ik nooit iets meegekregen omdat mijn moeder en ik, als vrouw zijnde, de woning nooit uit mochten. Dat klinkt dramatischer dan het is. Ik geloof dat mij hierdoor een hoop leed bespaard is gebleven. Ik wist niet beter. We hadden een kleine tuin en daar speelde ik de hele dag met zelfgemaakte poppen. Ik was niet ongelukkig. Af en toe hoorde ik harde geluiden op de achtergrond. Achteraf besef ik dat het bombardementen waren. Best heftig, als je daar over nadenkt.’
WEZEP-UTRECHT
‘Ik studeer nu in Utrecht, maar woon bij mijn ouders in Wezep. Dat is ongeveer anderhalf uur met de trein. Wezep is mijn thuis. Het is een oer-Hollands gemoedelijk dorpje tussen de weilanden. Iedereen kent elkaar, de omgeving is mooi. Toen we daar kwamen wonen, leek het wel een paradijs. Nog steeds geniet ik van de buitenlucht, het landschap, de koeien en klompen.’
DRIVE
‘Nederland is een veilig land. Ik kan hier studeren. Dit bewustzijn is wellicht mijn drive. Tot twee jaar geleden was ik vooral bezig met mezelf. Ik had het te druk met school, vrienden, puberproblemen. Tot ik ging studeren. Misschien heeft het te maken met volwassen worden, maar ik ging ineens bewust nadenken over mijn verleden. Ik begon mezelf vragen te stellen. Wat als we daar waren gebleven? Was ik dan getrouwd geweest? Misschien had ik kinderen. Je kunt daar eindeloos mee bezig zijn, maar zo zit ik niet in elkaar. Dat schiet
niet op.’
REHNA FOUNDATION
‘Via Hyves kwam ik in contact met andere uit Afghanistan gevluchte studenten. Interessant want ik had nooit echt contact gehad met leeftijdsgenoten uit mijn geboorteland. Via hen kwam ik terecht bij de Rehna Foundation waar ik nuttig werk kon doen door mijn rechtenachtergrond. Zoals het oplossen van juridische vraagstukken rond onze projecten. Onze organisatie zorgt voor praktische voorzieningen zoals een schoolgebouw in Kabul dat deze zomer gerealiseerd
is. Het onderwijsgedeelte nemen Afghaanse contactpersonen voor hun rekening.’
VOLDOENING
‘Laatst heb ik voor het eerst de foto’s gezien van de school en dan ben ik trots. Ik zou graag zelf gaan kijken, maar dat is te gevaarlijk voor mij als vrouw. Ze ontvoeren je, hè? Zeker als ze door hebben dat je uit het buitenland komt. Dan kunnen ze geld aan je verdienen. Eind november gaan er twee jongens van de stichting kijken. Dat is minder gevaarlijk, maar wel spannend. Het reizen gaat niet rechtstreeks maar via een omweg. Via de site van de Rehha Foundation zullen zij een blog over hun reis bijhouden’
KHALED HOSSEINI
‘Mensen vragen wel eens of deze schrijver familie is omdat hij ook uit Afghanistan komt, maar nee. Ik heb De Vliegeraar gelezen, maar bij iedere pagina schoot ik vol. De film vond ik, zo mogelijk, heftiger. Je weet dat het gebaseerd is op waargebeurde verhalen. Verhalen die waarschijnlijk voor zo’n film zelfs zijn afgezwakt. Ik heb hem niet uitgekeken. Het was te emotioneel. Verschrikkelijk. Sowieso kan ik geen enkele oorlogsfilm kijken. Of het nu over de Tweede Wereldoorlog gaat of Vietnam. Mensenzijn mensen, leed is leed.’
TOEKOMST
‘Ik wil nog zoveel. We hebben grootse plannen met de Rehna Foundation, waar ik nog niks over kan zeggen. Zelf heb ik vage plannen voor een boek over onze tweede generatie vluchtelingen en wil graag mijn dari (de Afghaanse taal) weer oppakken. Maar eerst een diploma.’
Laatste…
Film: Happy Feet
Boek: Pride and Prejudice – Jane Austen
Bezochte site: www.rehna.nl
Geluisterde liedje: Callin U – Outlandish
Tijdsverspilling: Fotograferen
Maaltijd: Afghaanse en Italiaanse keuken
De Rehna Foundation zet zich in voor projecten, waarbij educatie en opvoeding worden ingezet om de ontwikkeling van kansarme kinderen in Afghanistan te verbeteren. De stichting wordt ondersteund door de Nationale Commissie voor Internationale Samenwerking en Duurzame Ontwikkeling (NCDO). Deze organisatie helpt mensen en organisaties in Nederland die zich inzetten voor de verbetering van de positie van mensen in ontwikkelingslanden. Deze lokale ontwikkelingsprojecten worden ondersteund met advies en subsidie.
Meer info op: www.rehna.nl en www.minbuza.nl