Zo’n tweeduizend studenten protesteerden op het Museumplein in Amsterdam tegen bezuinigingen op het hoger onderwijs. Ook politieke partijen die voor het afschaffen van de basisbeurs pleiten, waagden zich vrijdag 21 mei op het podium.
Het is dat de geluidsinstallatie van radio-station Wild FM fors was uitgevallen, anders hadden de kamerleden Mark Harbers (VVD), Jeroen Dijsselbloem (PvdA) en Boris van der Ham (D66) zichzelf niet verstaanbaar kunnen maken. Vooral de SP-aanhang in het publiek maakte veel lawaai. Honderden middelvingers wezen omhoog toen er een reclamevliegtuigje boven het Museumplein opdook dat namens de VVD-jongeren opriep om de basisbeurs af te schaffen.
Gemengd waren de reacties op de toespraak van demissionair staatssecretaris Van Bijsterveldt (CDA) die de studiefinanciering – inclusief aanvullende beurs en ov-kaart – omwille van de toegankelijkheid wil behouden, maar alleen voor studenten die ten hoogste één jaar uitlopen op hun (nominale) studieduur. Wie langer studeert moet het instellingscollegegeld betalen dat nu gemiddeld 5500 euro is. Ook Tofik Dibi van Groenlinks oogstte applaus en boegeroep met zijn pleidooi voor academicibelasting.
De Jonge Democraten (D66) die vrijdagochtend het Utrechtse kantoor van de LSVb bezet hielden, lieten een tegengeluid horen. Voorzitter Thomas Bakker: ‘Geen misverstand, het gaat ook ons om de kwaliteit van het hoger onderwijs, alleen zijn wij bereid de basisbeurs daarvoor in te leveren. Voorwaarde is wel dat er een sociaal leenstelsel komt. Stel je hebt een kunstopleiding gevolgd en je verdient het minimumloon, dan betaal je niets terug, en van iedere euro die je meer verdient een percentage. Dat gaat veel minder schoksgewijs dan in het huidige terugbetalingssysteem.’ Voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs is hij niet bang. ‘Die is vrijwel nergens ter wereld zo hoog als in Nederland. Over de kwaliteit van het hoger onderwijs maken we ons wel zorgen. Daar mag wel wat geld bij.’
Foto: SP