Columns

Bouterse onze verlosser

Bobby Spier loopt voor haar studie journalistiek voor drie maanden stage in Suriname en blogt vanuit Paramaribo.

''Handen af van Bouterse!'' – ''Bouterse onze verlosser!'' – ''Bouterse, I love you''. Een menigte van drieduizend schreeuwende en joelende mensen hebben zich verzameld op het Onafhankelijkheidsplein. Pamfletten met een foto van Ruben Rozendaal met daarboven de tekst 'LEUGENAAR' worden uitgedeeld door leden van de Nationaal Democratische Partij (NDP), terwijl op de achtergrond 'One Love' van Bob Marley door de speakers scheldt. Er staat nog net geen 'Wanted – één miljoen SRD' op zijn voorhoofd. Terwijl in de rechtbank te Boxel de doodzieke Rozendaal een verklaring aflegt tegen hoofdverdachte Desi Bouterse in het 8 december strafproces, wordt er bij De Nationale Assamblee onderhandeld over de Amnestiewet: een wet die betrokkenen bij de Decembermoorden zou vrijwaren van vervolging.

Op het plein hangt een gespannen sfeer. ''Nederland heeft ons kapot gemaakt! De geschiedenis van Suriname is de schuld van Nederland, wij zijn voor Amnestie!'', wordt er naar ons blanken geschreeuwd. Een aantal kijken mij vernietigend aan, alsof ik persoonlijk verantwoordelijk ben voor deze hachelijke situatie. Een deel van het volk heeft zich verzameld om steun te betuigen aan hun president, een voor mij bijna onvoorstelbare situatie. Na een aantal gesprekken komt het ware verhaal naar boven: ''Ik ben tegen de wet'', fluistert een Surinaamse ambtenaar, terwijl hij schichtig om zich heen kijkt. ''Ik moest me alleen op het plein melden, anders zou ik geen loon ontvangen of zelfs mijn baan verliezen.'' Twee vissers uit Frans Guyana kijken bedenkelijk naar de pamfletten. ''Who's this guy?'', vragen ze zich hardop af.  Met hen honderd anderen die niet weten wat de Decembermoorden inhouden, en zich afvragen waarom anderen zo'n afkeer koesteren tegenover hun leider. 

In de rechtbank verklaart Ruben Rozendaal onder ede dat Bouterse twee slachtoffers, Cyrill Daal en Soerindre Rambocus, persoonlijk heeft doodgeschoten. Volgens Rozendaal kan Bouterse vergeleken worden met de Godfather – het waren brute en laffe moorden. De president reageert laconiek met de woorden ''Mi na Gado pikin, neks no kan broko mi'' wat zoiets betekent als ''ik ben een kind van God en niets zal mij treffen''. Hij komt vrijdagmiddag breed lachend op het Onafhankelijkheidsplein aan, waar hij door de menigte wordt ontvangen als een ware ster. Wij worden verdrukt en meegenomen richting het podium, waar hij een toespraak houdt voor zijn volk. Met zijn gladgestreken pak en grote zonnebril pakt hij het hele publiek in. Iedereen schreeuwt, juicht, joelt en wil hem aanraken. Mensen moeten hun tranen en liefde voor hem bedwingen. 

Een groot deel van de bevolking is opgetrommeld uit het binnenland in ruil voor eten. Ik besef  dat ik bij een historische dag aanwezig ben. Ruben Rozendaal is de eerste en de enige getuige die een belastende verklaring heeft afgelegd tegen Desi Bouterse. Gisteren zou om twaalf uur de schouwing plaatsvinden bij Fort Zeelandia, maar wegens het gevaar voor represailles was deze afgeschaft. Rozendaal is veranderd in een wandelende schietschijf, maar het maakt hem niets meer uit. Het zal geen jaren meer duren voordat hij overlijdt en de waarheid bleef hem achtervolgen. Het wordt hoog tijd dat de nog levende verdachten gaan spreken, voordat het te laat is. Maar of dit goed zal zijn voor Suriname, dat is de vraag….