Dynamisch hoor, al die projecten in het onderwijs. Studenten zijn lekker bezig met het maken van een product of dienst en het werkt vaak motiverend. Maar of ze nu echt iets leren? Studenten kunnen mooi eerder geleerde kennis toepassen, maar of ze na afloop zo bijster veel méér weten? En wat is nu mijn rol als docent, nu ik niet direct mijn kennis kan overdragen?
Begeleiding van projecten is geen sinecure. De docent doet echt iets anders dan het bekende lesgeven. Neem alleen al de termen die hot zijn voor deze rol: procesbegeleider, coach, consultant, docentbegeleider, tutor. Maar al die termen leiden tot weinig duidelijkheid over waar het bij projectbegeleiding precies om gaat. De ene begeleider lijkt te vinden dat hij de groep moet loslaten en dat hij niets mag doen wat maar enigszins lijkt op lesgeven of doceren. Hij laat de groep aan hun lot over. Het tegenovergestelde komt ook voor: de begeleider die strak stuurt en voortdurende strikte aanwijzingen geeft.
In ieder geval leiden beide manieren van begeleiden vaak tot onvrede, tot apathie en zelfs tot afkeer van projecten bij studenten én begeleiders.
Een project is dé gelegenheid voor studenten om zelfstandig nieuwe kennis en vaardigheden te verwerven voor een bepaalde beroepstaak. En docenten, daar hebben ze jouw hulp en begeleiding bij nodig. Die begeleiding vraagt om een evenwicht tussen sturen en loslaten, en is afgestemd op wat de projectgroep nodig heeft. Soms betekent dit het stellen van vragen, soms iets uitleggen of iets voordoen, en dan weer een verwijzing geven. Sowieso staat de begeleider stil bij wat de groep heeft gedaan en welk werk nog wacht. Maar naast de kwaliteit van de uitgevoerde opdrachten en de werkvoortgang gaan de gesprekken ook over de gerealiseerde samenwerking. Leren in projecten vraagt om een redelijke mate van zelfstandigheid, maar studenten moeten op gezette tijden kunnen terugvallen op hun begeleiders.
Precies zoals dat later ook in de beroepspraktijk gaat: balanceren tussen het zelf al kunnen en nog moeten leren van ervaren professionals.
Leestip voor het begeleiden van projecten:
Bie, de D. en Jaap J. Gerritse. (2002). Onderwijs als opdracht. Hoofdstuk 6: De docent aan het werk met een groep studenten. Houten: Bohn, Stafleu Van Loghum
Scager, K. en B. Thoolen. (2006). De docent als coach. Hoofdstuk 6 en 7: Coachen van groepen en lastige situaties bij het coachen van groepen. Hoger Onderwijs Reeks. Groningen: Noordhoff Uitgevers.
Alard Joosten (1966) werkte als docent en trainer Taalbeheersing voor verschillende hogeronderwijsinstellingen. Hij heeft 15 jaar gewerkt bij de Hogeschool Utrecht als docent, opleidingsmanager en kwaliteitszorgmedewerker. Sinds 2014 is hij zelfstandig ondernemer. Met zijn bedrijf ALtraining en advies (www.altraining.nl) traint en adviseert hij opleidingen op professionaliseringskwesties, waarbij hij zich vooral toelegt op didactiek en audits.