P: ‘Goedemiddag meneer Zwartkijker. Mijn naam is Gré Puppenschnee en ik ben sinds twee jaar gecertificeerd maaindvoelnes coach. Naar ik begrijp, heeft je onderwijsmanager je naar mij gestuurd?’
Z: ‘Dat klopt. Ik zit tegen burn-out aan. Ik heb dit blok 24 lesuren en daarnaast begeleid ik tien stagiaires. Ook ben ik studieloopbaanbegeleider van zestig eerstejaars en vijftig hoofdfasestudenten. Met een team docenten zijn we ons propedeuseonderwijs aan het vernieuwen en voor volgend blok moeten we drie spiksplinternieuwe modules ontwikkelen. Over drie weken krijg ik van 24 projectgroepen een conceptrapport waarop ik binnen een week feedback moet geven. Mijn collega Witvoet is drie weken geleden overspannen geraakt en volgende week ga ik twee avonden lesgeven om zijn studenten voor te bereiden op het tentamen. Daarnaast ben ik twee beginnende collega’s aan het inwerken, die ordeproblemen hebben. Deze collega’s liggen twee lessen voor op hun studenten, omdat zij niet deskundig zijn in de cursus die ze geven. Ik red het allemaal niet meer en ben wanhopig. Ik doe ’s nachts geen oog dicht en mijn vrouw is in de logeerkamer gaan slapen. Kunt u mij helpen? Heeft u een oplossing?’
P: ‘Je bent hier precies aan het goede adres. Ik ga je trainen in de kunst om je aandacht te richten op de ervaring van dit moment. Bewust waarnemen en handelen, daar draait het om. Dan kun je vrij worden van stress, pijn, angst, piekeren en emoties. Zo ga ik je leren hoe je je ademhaling als anker kunt gebruiken. Dat zal je helpen in de zoektocht naar je werkelijke zelf en zo kom je tot bewustwording en acceptatie. Het gaat erom je geest en je lichaam dichter bij elkaar te brengen. Veel mensen leven in hun hoofd en zijn afgesneden van hun gevoel. Dat moet anders en dan kom je echt in het moment. We gaan werken aan je automatismen, ingesleten sporen en zinloze gedragspatronen. Dan komt jouw beslissende keuze: in welke gedachte investeer je en welke gedachte laat je varen? De beloning is VRIJHEID. Je zult niet langer slaaf zijn van je eigen doen en denken.’
Z.: ‘Ach, ik word zojuist gebeld op mijn mobiel. Mijn onderwijsmanager heeft me dringend nodig, want de eerstejaars hebben een sitdownstaking georganiseerd. Kunt u over vier weken op hetzelfde tijdstip? Dan heb ik nog een gat van een half uurtje in mijn agenda.’
