De filosoof Jean-Jaques Rousseau schreef in zijn beroemde boek Emile dat het eerder loont een kwakzalver te zijn dan handig en bedreven. Dit las ik niet in dat boek maar in een inleiding van een ander boek van Anton Moonen, ‘Beroemd!, Kleine encyclopedie van de roem’ dat ik kocht bij De Slegte, dus nog voor dat de ramsjketen omgedoopt werd in Polare. In het beroemdheden-abc worden onder de letter a onder andere toegelicht de woorden: allure, ambitie, applaus, aureool, authenticiteit en autoriteit.
Allemaal woorden die je kunt toeschrijven aan Nelson Mandela, maar gek genoeg ook aan andere beroemheden met een heel slecht imago. Misschien dat alleen allure niet van toepassing is op andere beroemde Afrikanen. Wat te denken van de dictator Idi Amin, die van 1971 tot 1979 huishield in Oeganda en daarna vluchtte naar Libië, waar hij tien jaar geleden stierf?
En vanaf 1965 was Mubutu 26 jaar alleenheerser in Congo, dat tot 1991 Zaïre werd genoemd. Nog zo’n beroemde slachter is de baas van Zimbabwe, het vroegere Rhodesië, Robert Mugabe. Hij begon als vrijheidsstrijder, is sinds 1980 regeringshoofd en lapt de mensenrechten aan z’n laars. Van al die genoemde, toevallig Afrikaanse, leiders heeft er één echt allure en dat is de vrijdag overleden Nelson Mandela.
