Columns

Taal verandert

Soms voel ik me net Don Quichotte. Het is vechten tegen de bierkaai. Hun zeggen dit. Vroeger maakten we er grapjes over: jij met je hullie en zullie. Maar tegenwoordig hoor je collega's zelfs zeggen: hun hebben de meerderheid. Ja, dat hangt ons nog boven het hoofd. Collega Kees Boxma, Neerlandicus en werkzaam als ICT-specialist, zegt dat je taalveranderingen niet kunt tegenhouden. Over een decennium zal je iedereen het horen zeggen. Ik hoop nog zeker tien jaar ouder te worden, maar dat niet mee te maken.

Lang geleden haalde ik mijn hoofdakte aan de Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen. Zo heette die school toen. Het was de grootste opleiding in het land met nog geen 1200 studenten (in die tijd nog scholieren genoemd). Later werden het pabo's. Dat is ons Instituut Theo Thijssen ook, onderdeel van de kolos Faculteit Educatie (9.161 studenten), onderdeel weer van de fabriek die de Hogeschool Utrecht heet (37.481 studenten).

Je ziet dingen fout lopen. Je kan er wat van zeggen, maar stoppen kan je 't niet. Vrouwelijke vormen verdwijnen. Gelukkig alleen in taal. Voor kranten bestaan alleen nog onderwijzers, het woord onderwijzeres is verdwenen. Het gekke echter is dat je in de klassen van het basisonderwijs alleen nog maar vrouwen ziet.