Campussen in Nederland willen gezamenlijk investeerders verleiden om geld te steken in congrescentra, kantines of kantoren. D66 maakt zich zorgen en kondigt Kamervragen aan.
De campus is allang niet meer alleen de plek waar de bèta’s hun laboratoria hebben. Hogescholen en universiteiten zijn er gevestigd, maar steeds vaker wordt er daarnaast gewoond, gesport en gefeest. Nieuwe bedrijfjes vinden er onderdak, wetenschap en bedrijfsleven werken er samen.
Maar die voorzieningen zijn moeilijk te financieren, onder meer omdat onderwijsinstellingen geen geld mogen uitgeven aan commercieel vastgoed. Dus willen de grootste acht campussen van Nederland een gezamenlijk fonds oprichten om geld van beleggers aan te trekken, meldt het Financieele Dagblad vandaag. Het fonds zou een omvang moeten hebben van tussen de één en twee miljard euro.
Megalomane vastgoedprojecten
D66 is niet blij met het plan. Volgens kamerlid Paul van Meenen zijn er goede redenen voor dat onderwijsinstellingen niet mogen investeren in commercieel vastgoed. 'Dan hadden deze bestuurders vastgoedbelegger moeten worden. We moeten voorkomen dat universiteiten en andere onderwijsinstellingen zich laten verleiden tot megalomane vastgoedprojecten.'
Er wordt nog onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van een investeringsfonds voor de campussen. Volgens de directeur van het Leiden Bio Science Park is er over heel wat onderdelen nog geen overeenstemming.
