'Het ziet eruit alsof ze de mensheid binnenvallen'
'Ik hou toch wel van een frikandelbroodje op zijn tijd'
'Op maandag ben ik ziek.'
'Eh, wat is er gebeurd?'
'Dan hoop ik dat hij daar voor zorgt.'
Die gekleurde panelen van Padualaan 97: een beter herkenbaar gebouw kennen we eigenlijk niet. Onmisbaar dus. Of toch niet?
'Eigenlijk gaat het niet zo goed met mevrouw, dus gaan we een hersenscan maken'
'Ik denk mijn onzekerheid.'
'Ik heb helemaal geen vakantie.'
'Je moet er goed de tijd voor nemen.'
'Ik zou heel graag meer gastcolleges willen.'
'Dat moet je aan mijn moeder vragen!'
