Reportage

Bewoners van het USP bijeen. ‘Te veel stress en eenzaamheid’

Foto: Kees Rutten

Woensdagavond kwamen bewoners van het Utrecht Science Park bijeen om te praten met een aantal politici en medewerkers van de universiteit en hogeschool. De studenten willen meer inspraak en meer gezelligheid.

Een aantal bewoners van het Utrecht Science Park voelen zich eenzaam. Ze zouden elkaar graag meer zien en de mogelijkheid hebben om bijvoorbeeld een filmavond te organiseren. Om dit aan te kaarten sloten de verschillende woonbesturen de handen ineen en organiseerden een bijeenkomst in het Centrum Gezond en Wel aan de Bolognalaan 101.

Iedereen is van de partij; vertegenwoordigers van onder andere GroenLinks, SSH, UU en HU. Studenten van wooncomplex Confetti zijn te herkennen aan het stickertje op hun borst. De aanwezigen worden vrolijk onthaald door de organisatoren, velen lijken elkaar te kennen. Zodra iedereen zit komt Frenk Out, woonbestuurslid van Johanna, naar voren. ‘Als woonbesturen merken we dat er veel problemen spelen op het USP. De bewoners ervaren te veel stress en eenzaamheid. Dit kan zo niet langer.’ Het scherm vertoont een kaart van Utrecht met de hoeveelheid bewoners die eenzaamheid ervaart. Utrecht Oost, waar het USP onder valt, kleurt knalrood.

Lange weg

‘Er ging en lange weg aan vooraf’, vertelt mede-initiatiefnemer Annélène (zie hoofdfoto). Voor haar opleiding Social Work deed ze onderzoek naar sociale cohesie op het USP. ‘Ik woon vier jaar op de campus en ik zag veel potentie om de buurt gezelliger te maken. Ik ging toen een beetje polsen bij de woonbesturen en merkte al gauw dat er veel behoefte was aan meer gezamenlijke evenementen. Hier moest ik iets mee.’ Annélène meldde zich aan bij het woonbestuur van de Bisschoppen. Met pizza-etentjes verbond ze de woonbesturen van de andere wooncomplexen aan elkaar. ‘Toen ontstond het idee om een bijeenkomst te organiseren met alle belanghebbenden.’

Tom Pijpers, ook student Social Work, kreeg de opdracht van zijn docent om iets te doen aan het welzijnsniveau op de USP. Hij was er vanaf het begin bij. ‘Ik ben trots op wat we hebben bereikt. We begonnen met zeven man. Nu zijn we met minimaal vijftig mensen, van wethouders tot de SSH, in deze zaal.’ Ideeën hebben Tom en Annélène genoeg. ‘We zouden graag weten bij wie mensen terecht kunnen met hun idee. Je wordt nu van het kastje naar de muur gestuurd. Daarnaast zien we graag een goedkope supermarkt. Het is nu wel heel verleidelijk om naar de Spar te gaan, die is lekker dichtbij, maar ook superduur!’

Eenzaam

Emile. Foto: Tristan Lof

Emile, kleurrijk gekleed met een staf in de hand, komt naar voren gelopen. ‘Ik woon hier in Casa Confetti. Het is geweldig om hier te wonen. De schaapjes dartelen in de wei en ik loop zo naar mijn les. Het enige wat ik mis, zijn vrienden. Hoe kan het dat hier vierduizend mensen wonen, maar niemand elkaar lijkt te zien? Het voelt alsof deze plek alleen bedoeld is om te slapen, studeren en te werken. Er lopen ook kwetsbare mensen rond, met trauma’s. Die wil je juist graag bereiken. Maar als we iets willen organiseren, lopen we tegen barrières aan. Ik ben hier gekomen om daar verandering in te brengen!’

‘We merken dat het ingewikkeld is om evenementen te organiseren en dat de communicatie stroef loopt’, gaat Frenk verder in de zaal. ‘Zo wilden we een ruimte regelen om samen naar het Eurovisie Songfestival te kijken. Dat kon niet, kregen we toen te horen. En voor de marathon kreeg niemand een aankondiging, waardoor voornamelijk buitenlandse studenten verrast waren dat ze hun deur nauwelijks uitkonden. Bewoners willen een pakketpunt, het enige waar ze nu terecht kunnen zit in het UMC en dat raakt langzamerhand overbelast. Telkens loopt een voorstel spaak.’

Post-its

Na een overweldigend applaus worden de aanwezigen in drie groepen verdeeld. In het eerste groepje legt een medeorganisator de casus uit: ‘Er is dus sprake van veel eenzaamheid onder de bewoners en evenementen organiseren gaat lastig. Zo moeten ze bijvoorbeeld al om tien uur afsluiten . Hoe denken jullie daar over?’ Er klinkt druk gekras op de post-its. ‘Moeten het per se evenementen zijn?’, begint een ambtenaar. ‘Veel eenzame bewoners zijn misschien introvert en hebben helemaal geen zin in evenementen. Misschien kunnen we kijken naar buddy’s of een andere indeling van de studio’s?’ De rest knikt instemmend. ‘Het hoeft ook niet heel grootschalig te zijn, en zeker geen zuipfeesten!’

In groepjes gezet. Foto: Tristan Lof

De vijftien minuten zijn om. Het groepje haast zich naar de andere zaal waar ze gaan bespreken hoe ze de inspraak van bewoners kunnen verbeteren. ‘Voor corona was er al de USP Council, maar die is opgeheven. We zouden weer zoiets in het leven moeten roepen!’ Een vertegenwoordiger van SSH neemt het woord: ‘We doen al best veel. Gezamenlijke dakterrassen hebben we al, maar daar komt niemand. We hebben volksruintjes, maar daar groeit niks. En na een evenement moeten wij alle troep moeten opruimen. Soms werken dingen niet.’ Iemand anders is het daar niet mee eens. ‘Daar gingen allemaal dronken mensen heen, dat is niet zo uitnodigend. We moeten ons niet blindstaren op dat wat niet werkt, maar leren van onze fouten.’

Ceremonie

Frenk staat voor de deur: iedereen moet terug naar de hoofdzaal. Eenmaal verzameld plakt Frenk de tientallen post-its een voor een op een bord. ‘We zien vooral terug dat we dit soort bijeenkomsten vaker moeten houden, net zoals de USP Council. Ik stel voor dat we 25 juni weer bij elkaar komen, en ook in september.’ De betrokkenen knikken instemmend. ‘Daarna moeten we niet alleen denken aan evenementen, en als we die organiseren, moeten we die kleinschalig houden zodat de drempel niet te hoog is.’ Emile komt naar voren. ‘De plannen bestaan al, maar het gaat te traag. We moeten ook iets hebben voor deze generatie bewoners, zoals het veranderen van een collegezaal in een bioscoop. Meer shortterm-ideeën!’

Ceremonie. Foto: Tristan Lof

De komende weken gaan de woonbesturen aan de slag met de input. Het pakketpunt heeft al potentie. ‘Heel fijn om te weten dat daar behoefte aan is’, vertelt de vertegenwoordiger van de UU. Ook de SSH wil zich inzetten voor meer inspraak van de bewoners. ‘Wij zijn bereid deze bijeenkomsten te faciliteren, maar het lijkt ons het best als het initiatief vanuit de studenten komt.’ Daar zijn de woonbesturen het mee eens. ‘Ik ben blij dat we allemaal dezelfde visies delen.’

Ten slotte lopen de aanwezigen naar het binnenhofje. Onder het afdakje ligt een kunstwerk met vier gekleurde blokken, dat elk een wooncomplex symboliseert. Samen met Emile slaat een vertegenwoordiger van de UU, HU, SSH en de gemeente een spijker in een blokje. De samenwerking is compleet.