Columns

De waterbacterie bezorgt me nostalgie

Lauren Kooyman. Foto: Kees Rutten

Lauren Kooyman (23) studeert Journalistiek aan de HU.

Ik dacht eerlijk gezegd dat we inmiddels collectief immuun waren voor paniek. Maar door een waterbacterie verkeert Utrecht binnen een paar uur weer in crisismodus. Waarschuwingen in groepsapps en mensen die ‘voor de zekerheid’ zes liter inslaan.

De eerste melding geloofde ik niet. Ik ben op mijn werk al eens op het matje geroepen omdat ik voortdurend in phishing trap. De blauwe linkjes en de downloadknop roepen mijn naam.
‘Helaas, dit was een simulatie!’, verschijnt er dan. Beschaamd gooi ik het bericht in de prullenbak, hopend dat niemand over mijn schouder heeft meegekeken.

Maar nee, dit keer geen simulatie: het water uit de kraan kon bacteriën bevatten. Een buurvrouw wees me in de buurtapp op het nieuws (met twee schrik-emoji’s en wel zeven uitroeptekens). Op de automatische piloot had ik toen al twee glazen op.

De rest van de dag leefden we in een soort koortsdroom. De koffiemachines op Centraal — waar ik standaard mijn cafeïne haal — waren allemaal buiten werking. Een vriendin stuurde een foto van de kassa-rij waarin ze stond: de hele band vol met flesjes.

Er hing iets geks in de lucht. En ik voelde een vreemd gevoel van nostalgie.

Ik ontving mijn diploma op een willekeurige woensdag in maart —tot op de dag van vandaag zweer ik dat ik mijn examens anders ook gewoon had gehaald. De zuipreis (‘vriendinnenvakantie’, pap) werd afgelast. Het staat me bij dat het die zomer absurd heet was, maar het kan ook zijn dat ik simpelweg geen andere feiten heb om die herinneringen te vullen.

Ik sprong touwtje in de achtertuin en deed buikspieroefeningen op mijn kamer. Ergens na de teststraat vroeg ik mijn vader of hij dacht dat we ooit nog terug zouden gaan naar normaal. Nee, die kans achtte hij minimaal.

Bij vertrek vanaf mijn ouders neem toch ik twee volle bidons water mee. Dan kan ik nog even door. Mocht het langer duren, weet ik waar mijn springtouw ligt.