Columns

Het adolescentenbrein is rijpende

Henk Penseel was (onder andere) docent aan de HU en blogt sinds 2010 voor de Trajectum-site. Ditmaal: over het puberbrein en hogescholen.

Het brein is pas op je 25e levensjaar uitgerijpt, zegt neuropsycholoog Jelle Jolles. Dat is geen nieuwe ontdekking, maar Jolles schreef er onlangs weer eens een boek over, omdat er naar zijn zeggen te weinig rekening mee gehouden wordt. Volgens collega Dick Swaab ligt al veel vast in ons DNA en bepaalt de programmering van onze hersenen ons handelen, en niet wij zelf. Beide psychologen schrijven bestsellers en worden daardoor uitgenodigd in praatprogramma’s. Zo zat hoogleraar Jolles onlangs aan tafel bij Humberto Tan om zijn recentste boek Het Tienerbrein te promoten en pleitte voor een leven lang leren.

Al 4000 jaar roepen ouderen dat tieners lui zijn. Dat is echt niet alleen van deze tijd, volgens Jolles. In al die eeuwen rijpen tienerbreinen, ongeacht in welke omgeving ze verkeren. Maar tieners hebben structuur nodig en moeten geïnspireerd worden. Dat kunnen leerkrachten en ouders doen. Als docenten daarom tegen adolescenten zeggen dat ze nu oud genoeg zijn om het zelf uit te zoeken en ze aan hun lot overlaten, maken ze een fout.

Jolles zei in een interview in de Telegraaf ‘…dat een 18- of 20-jarige nog niet voldoende ervaringen heeft opgedaan om zich geheel zelfstandig goed tot optimaal te kunnen redden. Kijk alleen al naar de enorme studie-uitval; er is zoveel dat ze niet weten wat ze moeten kiezen. Met vaak een verkeerde keuze als gevolg.’

Ik denk dat de hogescholen daarover kunnen meepraten. De vraag is of er met die kennis voldoende rekening wordt gehouden.

Je ziet het op de open dagen, waar de keuze gemaakt moet worden voor de juiste opleiding. Veel jongeren worden begeleid door hun ouders. Het afgelopen weekend sprak ik een mbo’er die nog maar moeilijk z’n keuze kan maken. Maatschappij en recht vindt hij wel interessant, maar hij is niet zo taalvaardig. Tandheelkunde leek hem ook wel wat. Hij had gekeken naar de mogelijke verdiensten en het perspectief op werk. Waar zijn echte interesses lagen, bleek weggezakt. Een voorbeeld van een adolescent die steun van zijn ouders en leerkrachten nodig heeft.

Als je geïnteresseerd bent, kan je natuurlijk Jolles’ boek kopen, maar je kunt ook op zijn site kijken, waarop je een hele rits artikelen vindt. Daarin gaat hij in op de relatie tussen het onderwijs, het brein en leren. Hij geeft elf korte inzichten waarvan de laatste luidt dat opvoeders, leraren en samenleving voorwaarden kunnen scheppen voor de ontplooiing van het adolescentenbrein. Dat moeten we toch maar vaker doen.