Achtergrond

Hoe de kleine SPAR zich redt in De Uithof

John. Foto: Kees Rutten

John Roering (49) is store manager van de SPAR op Heidelberglaan 7. Hij is aan het woord, over broodjes, wielrennen en de liefde.

‘SPAR University bestaat nu vijf jaar. Universiteitsterreinen zijn duur, maar studenten zijn niet rijk. Daar zit de uitdaging. Aan de hand van een top-flop-lijst houden we voortdurend bij wat er in onze winkel wel en niet rendeert. Bovenaan staat de cappuccino. Bij de flops hoorde het potje pindakaas, de spaghetti, de balpen en het glutenvrije brood. Dat verkopen we dus nu niet meer.

Ik ben hier elke dag om 5:45 uur. Dan zijn alleen de schoonmakers er nog. Ik start de kassa’s op, de koffiemachines en leg de broodjes in de oven. Om 7 uur komt mijn collega Susan. Zij stickert alle producten met prijzen en allergeneninformatie. Dat moet van de warenwet. Als die langskomen en je hebt het niet op orde krijg je een dikke boete. De broodjes mogen ook niet langer dan twee uur ongekoeld in de winkel liggen bijvoorbeeld. En ze controleren hoe schoon het is in de koeling, het magazijn en in de schappen. Om 8:00 drinken we koffie en spreken we af wie wat gaat doen. De rest van de dag houden we ons bezig met de kassa, het vullen van de vakken, de broodjes, de smoothies etc. Om 19:00 gaan we naar huis.

Dan zit je drie uur te wachten voor twee klanten. Vreselijk

We zijn minder duur dan een To Go. En onze lunch is het goedkoopst in De Uithof. De broodjes verkopen we sinds januari en die lopen goed, hoewel we moeten kijken of het ons iets oplevert, onderaan de streep. Het kost natuurlijk ook extra personeel. Tussen twaalf en twee is het spitsuur. Om de rijen te voorkomen hebben we skip-kassa’s (betalen scannen en betalen met je mobiel). Daar kwamen we een week vóór Albert Heijn mee op de proppen. Plotseling stonden hier allemaal journalisten op de stoep. Eén van hen schreef op dat ik hier de koning werd genoemd. Daar hebben we hard om gelachen. Van mij mag je alles opschrijven hoor, ik doe nergens moeilijk over. Maar als je alles wil weten over de marketing moet je mijn baas Erwin hebben, dat is het slimme brein achter alles.

Waar het meeste vraag naar is, dat verkopen we en hier staat een ideeënbox. Studenten willen dat we ijs verkopen, maar dat is niet haalbaar. Ik moet dan zo’n dure vrieskist aanschaffen, extra elektriciteitskabels regelen en vervolgens zijn we de hele zomer dicht. Dat komt niet uit. Onze snacks liggen warm en de drankjes koud, dat is al best bijzonder. Ook hebben we wel eens geprobeerd om ‘savonds of in het weekend open te zijn, maar dan zit je drie uur te wachten voor twee klanten. Dat is vreselijk. Ik heb wel eens gesuggereerd dat de hogeschool ‘savonds alle lessen in dit gebouw zou groeperen in plaats van overal verspreid. Kan blijkbaar niet.

We werken hier met vijftien man. Twee vaste krachten en dertien studenten. In Nederland bestaan er negen SPAR University’s. Het leukst aan mijn werk vind ik de mensen. Als ze hier weglopen moeten ze zich gezien voelen. We maken zelf yoghurtjes. Als ze die kopen, wijs ik ze altijd op de bak met lepels. Iedereen kan hier werken, maar je moet wel attent zijn en je kop erbij houden.

We zijn wel eens iets kwijt, maar niet vaak genoeg om het anders te gaan organiseren

Om 18:30 uur gaan we dicht. Dan gaan er een paar platen voor de producten die je in principe zo opzij kan schuiven. We vertrouwen onze gasten. En gelukkig houden de huismeesters een oogje in het zeil. Ook met dat skipsysteem tonen we vertrouwen. Natuurlijk kun je hier zo weglopen met je reepje. Soms zijn we iets kwijt, maar niet vaak genoeg om het anders te gaan organiseren.

We zijn voortdurend bezig met nieuwe dingen, voor de omzet. Straks gaan we koffiebekers verkopen die je niet weggooit. Daarmee tank je goedkopere koffie. We verkopen ook de Zero Waste Bag met artikelen op de datum. Daar zit voor tien euro aan spullen in, maar dat tasje kost maar drie piek. De studenten zijn de klanten van de toekomst en we kunnen ook nieuwe artikelen op ze testen. Cola energy is nu bijvoorbeeld populair.

Ik ga vier keer per week wielrennen, met vrienden, bij elkaar zo’n tien uur. We fietsen 50 kilometer per uur en proberen met wind tegen toch de 40 te halen. In de vakanties gaan we naar de bergen en fietsen we gemakkelijk 180 kilometer per dag. Mijn vrouw begrijpt dat ik wil fietsen. We zijn 18 jaar getrouwd en respecteren elkaars behoeftes. Zij komt uit Litouwen en gaat daar regelmatig heen. Ik hoef niet te controleren wat ze daar doet. Ik ben gek op haar omdat ze me neemt zoals ik ben.

Ik ben ook gek van Ajax. Tot twee jaar geleden ging ik naar elke wedstrijd. Ik hoorde bij de harde kern, laat ik het daar bij houden. Op een dag was ik er klaar mee. Mijn dochter is zestien en is net zo fanatiek Ajacied. Ze doet de beauty academie en is nu lekker aan het uitgaan.  Ik vertrouw haar voor 100 procent, maar aan het tegendraadse van die puberteit moet ik soms wel wennen. Ze willen van alles, maar het liefst zonder te werken, haha.

We hebben sinds twee weken eindelijk nieuwe scanners dus we hoeven die streepjescode er niet meer een halve minuut onder te houden. Daar werd iedereen gestoord van. Mijn droom is dat deze winkel nog wat bekender wordt. Er lopen zesduizend mensen in dit gebouw en honderdduizend mensen op de Uithof. Laat ze maar wat vaker komen kijken hier.’