Goede kans dat de hogescholen toch de bonnetjes van bestuurders moeten laten zien aan iedereen die erom vraagt. Volgens juridisch adviseur Roger Vleugels zijn de hbo-instellingen verplicht openheid van zaken geven.
Wie informatie wil van de overheid of publiek gefinancierde instellingen, kan een beroep doen op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Vleugels kent die wet van binnen en van buiten: hij procedeert onder meer voor RTL Nieuws om declaraties in het onderwijs boven water te krijgen.
Anders dan de meeste universiteiten weigeren hogescholen dit soort informatie openbaar te maken. Op één na noemen alle hogescholen zich ‘bijzonder’. Ze beroepen zich op artikel 23 van de Grondwet, waarin de vrijheid van onderwijs is vastgelegd: de overheid mag zich niet mengen in het bestuur van scholen met een ‘bijzondere grondslag’. Ze vinden dat ze vanwege die interpretatie van artikel 23 niet onder de Wob vallen.
Daar wil het parlement liever een einde aan maken. Een meerderheid vindt dat hogescholen zich niet achter dit artikel mogen verschuilen, als ze daarmee fraude kunnen toedekken. Ook Zijlstra heeft gezegd dat artikel 23 niet misbruikt mag worden.
‘Dit wetsartikel is bedacht voor bijvoorbeeld katholieke en protestantse scholen’, legt Vleugels uit. ‘Het is er om de godsdienstvrijheid te garanderen. Daar mogen parlement en burgers geen inbreuk op maken, ook niet met de Wob in de hand.’
Later kwamen er ook ‘algemeen bijzondere’ scholen, bijvoorbeeld op antroposofische of humanistische grondslag. ‘Het is de vraag of die in de praktijk werkelijk onder de Wob uit mogen komen’, zegt Vleugels. ‘Als het niet om religie gaat, mogen ze zich dan beroepen op een wetsartikel dat bedoeld is om de godsdienstvrijheid te garanderen? Dat juridische gevecht is nooit gevoerd.’
Nu zou je antroposofie en humanisme nog levensbeschouwingen kunnen noemen. Maar de meeste hogescholen rekken de wet echter nog iets verder op, stelt Vleugels, en noemen zich ‘algemeen bijzonder’, terwijl ze geen aanwijsbare grondslag hebben. ‘Daar zit enige kwade trouw in. Je kunt je afvragen of dit geen oneigenlijk gebruik van de bijzondere status is. Als religie geen rol speelt, wordt die status dan alleen gehanteerd om transparantie te voorkomen?’
Juridisch lijkt het hem een uitgemaakte zaak, zegt Vleugels. ‘De vraag is alleen of je zo’n zaak bij een Nederlandse rechter zult winnen. Zo niet, dan kun je naar het Europese Hof, en daar is het appeltje-eitje. Dan win je het zeker, omdat de rechtbank daar heel scherp let op constructies die erop duiden dat kerk en staat nog niet volledig zijn gescheiden. Maar dat duurt een jaar of zes. In de tussentijd kan de betreffende hogeschool zijn verdwenen of de Nederlandse wet veranderd.’
Er zijn overigens ook drie bijzondere universiteiten: de Vrije Universiteit, de Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit van Tilburg. Ook die vallen niet onder de Wob.