Maartje studeert Communicatie aan de HU en schrijft columns voor Trajectum
Ik zag mezelf nooit als plantenliefhebber, maar toen ik ongewenst een tomatenplant in mijn hand geduwd kreeg, kwam dat moederinstinct toch naar boven. Terwijl ik wel pro-choice ben.
Mijn balkon staat er nu vol mee. Vijf tomatenplantjes, twee courgetteplanten, een olijfboom van een meter en een hoop bloemen. Allemaal cadeaus van goedbedoelende moeder, vrienden en bejaarde buurman. Ze vonden blijkbaar dat ik toe was aan een volgende fase.
Ik check nu elke dag of ze water hebben, voldoende in de zon staan en of ze genoeg luisteren naar Joost Klein.
Maar de opvoeding van deze planten was gebaseerd op een klimaat waarin het in juni niet 10 graden gevoelstemperatuur zou zijn. De eerste courgetteplant is overleden en daarbij ook een stukje van mezelf.
Heel vrolijk staan de tomatenplantjes er niet meer bij. Begin mei waren ze nog hard aan het groeien en zag ik voor me hoe ze zouden transformeren tot grote sterke jongens. Struiken waarin ik mezelf terug had kunnen zien omdat zij ook willen teruggeven aan de wereld en niet op de PVV stemmen.
De laatste courgetteplant krijgt nu extra aandacht. Hij heeft één bloem, wat laat zien dat hij wel graag wil, en dat doorzettingsvermogen waardeer ik. Al ben ik zelf geen fan van courgette, zijn recht om te leven wil ik hem niet ontnemen.
Misschien had ik meer onderzoek moeten doen voordat ik zo’n verantwoordelijkheid aan ging. Mijn vrees is dat 21 jaar nog te jong is om echt goed voor een plant te kunnen zorgen. Ik ben niet veel thuis, moet vaak overdag op de HU studeren en ’s avonds treed ik op: ook niet prettig voor hun ontwikkeling.
Voor mijn olijfboom heb ik goede hoop. Haar had ik gekocht in een sombere bui, ik had net een comedywedstrijd verloren. Nu is dit mijn coping mechanisme. Niet ideaal, maar beter dan alcoholisme.