Nieuws

In alle rust vertelt Israel van Dorsten zijn verhaal over Ruinerwold

Foto: Kees Rutten

In een volle collegezaal sprak Israel van Dorsten op maandag 30 januari over zijn ervaringen in Ruinerwold. 25 jaar was hij, toen hij wist te ontsnappen aan de manipulatie en de mishandelingen van zijn vader. Over hoe moeilijk dat was, vertelt hij aan de studenten van de nieuwe minor Huiselijk Geweld.

Israel, mede bekend geworden door de documentaire Kinderen van Ruinerwold, wil af van het beeld dat de isolatie van hem, zijn broers en zusjes bijzonder was. Terugblikkend op zijn kinderjaren beseft Israel dat hij al die jaren in een sekte zat. ‘De media maakten er iets sensationeels van, maar zo speciaal waren we niet. Sektes zijn overal in de maatschappij en het is goed ze te leren herkennen.’

In de sekte

Israel: ‘Eén van de belangrijkste kenmerken van de sekte is dat je je niet realiseert dat je erin zit. Je volgt met een paar mensen of met een hele organisatie een sterke leider met een plan. De buitenwereld is slecht, dus ontsnappen is weinig aanlokkelijk.’

Rustig en nadenkend staat Israel achter de microfoon. Een uitgebreide PowerPoint helpt hem om zijn publiek stap voor stap uit te leggen waarom het zo lastig is om een hel te verlaten. Of om er alleen al over te praten.

‘Ik was niet in de gelegenheid af en toe mijn eigen gang te gaan, we gingen nooit naar buiten en hadden geen vergelijkingsmateriaal. Het geloof van mijn vader werd mijn innerlijke stem en ik was ervan overtuigd dat de redding van de wereld afhing van hoe gehoorzaam ik was. Mijn twijfels drukte ik weg want ik was bang voor wat er gebeuren zou als ik weg zou gaan. Ik was ongelukkig, maar wist tenminste waar ik aan toe was.’

De omgeving had niets door

Eén keer trok de juf van zijn oudere broer aan de bel. Ze had blauwe plekken op zijn lichaam gezien en organiseerde een bezoek van Jeugdzorg aan het gezin. Daartoe huurde de vader een huis, richtte het in met mooie kinderkamers en speelgoed, instrueerde zijn oudste kinderen met tekst en gedrag. De hulpverleners kwamen, zagen niks geks en sloten het dossier.

Waarom de buitenwereld verder nooit iets opmerkte? Israel somt de oorzaken op. ‘Niemand kon zich simpelweg voorstellen dat zo’n situatie als de onze bestond, we kijken in onze maatschappij niet zo graag bij onze buren naar binnen en de jeugdzorg heeft te weinig expertise.’ Er klinkt geen verwijt in zijn stem.

Ontsnappen mentaal en fysiek bijna onmogelijk

Het gezin beleefde op een dag ook veel prettige uren. De kinderen hadden aardig wat dieren, hielpen hun vader met het opknappen van de boerderij, leerden alles over hun moestuin en deden gezamenlijk aan lichaamstraining. ‘Mijn vader deed het zo voorkomen dat al het nare onze eigen schuld was. Het kon allemaal mooi zijn, zolang we hem gehoorzaamden. Als we mishandeld werden, hadden we dat zelf gedaan.’

De activiteiten waren niet het enige aangename. ‘We waren altijd samen en dat voelde warm. Bovendien had mijn vader een hoger plan, en dat gaf een veilig gevoel. Buiten onze boerderij zou dat plan wegvallen en alles onzeker zijn.’

Een falende hulpverlening

Toen Israel eenmaal zijn twijfels had toegelaten, was de nieuwe realiteit er een die hij kon testen. Hij onderzocht of zijn vader het werkelijk aanvoelde als hij stout was geweest. ‘Ik deed expres wat slechte dingen en hij bleek niks door te hebben. Mijn conclusie was dat de geesten waarmee mijn pa communiceerde dan ook niet bestonden.’

Na jaren dufde hij eindelijk hulp te vragen, maar de hulpverlening faalde hopeloos. Hij had een telefoon bemachtigd en belde Slachtofferhulp Nederland. Die verwees hem door naar Veilig Thuis. Daar kreeg hij te horen dat hij overdag moest terugbellen. Toen hem dat na weken lukte, konden ze hem niet helpen omdat het jongste gezinslid al 18 was. Hij was maanden verder en had niets bereikt.

Foto: Kees Rutten

Dat zijn vader zijn mobiel vernielde was voor Israel aanleiding om weg te lopen. Hij kwam die nacht op het politiebureau te zitten en de volgende dag werd de boerderij ontruimd. ‘De eerste ontmoeting die mijn broer en zusjes hadden met de wereld was die van politiegeweld en honden. Heel traumatisch, maar uiteindelijk kwam het goed.’

Een leven in Utrecht

Inmiddels studeert Israel nu, na een jaar filmacademie, sociologie aan de Universiteit Utrecht. Zijn opvanggezin in Friesland werd zijn tweede familie en ook het contact met zijn broers en zussen is goed. ‘Ik ben elke keer verbaasd over hoe we over alles kunnen praten. Mijn vader heb ik al twee jaar niet gezien. Ik ben kwaad en hij kan door een hersenbloeding niet meer praten.’ Een lastige combinatie.

In de collegezaal krijgt Israel na zijn lezing een luid applaus. Er zijn wat vragen. Of hij kwaad is op zijn vader (‘ja’), hoe hij aan die telefoon kwam (van een vriend van zijn vader die inmiddels veroordeeld is tot 3 jaar cel) en hoe het voor hem was dat de documentaire verscheen. Op die laatste vraag antwoordt hij: ‘Die docu was voor ons helend om aan mee te werken. Pas toen journalisten hem hadden gezien, begonnen ze ons bovendien met respect te behandelen. Ik heb letterlijk van ze gehoord: “Pas nu besef ik dat jullie mensen zijn.” ‘

De laatste vraag komt van een docent: ‘Wat hadden de leerkrachten kunnen doen om jullie eerder te bevrijden?’ Israel moet hem het antwoord schuldig blijven. ‘Veel onderwijzers van mijn oudere broer en zus hebben spijt betuigd. “We hadden allerlei signalen, maar we hebben er niets mee gedaan.” Zelfs in de rapporten van beide kinderen stonden die opgetekend.’

Genoeg stof tot nadenken voor deze groep studenten van Social Work.