Achtergrond

Kan en wil Hogeschool Utrecht zonder Microsoft?

Foto: Kees Rutten

Kun je als hogeschool nog zonder Microsoft? En: waarom zou je het willen? Het Amerikaanse megabedrijf zit diep in het hoger onderwijs geworteld.

De HU gebruikt het voor Windows, OneDrive, Office, Teams en voor de authenticatieapp. Student of medewerker, bij de HU kom je er niet onderuit. ‘Die afhankelijkheid is groot,’ zegt daarom Joris Goos, directeur ICT aan de HU.

Toch groeit op verschillende plekken in het hoger onderwijs de weerstand tegen de techreus. Zo waarschuwt het kenniscentrum DCC-PO dat Microsofts dominante positie de autonomie van onderzoekers onder druk zet. En afgelopen zomer luidde De Jonge Akademie de noodklok: studenten en medewerkers weten nauwelijks wat grote techbedrijven met hun gegevens doen.

De geopolitieke realiteit

Dat techbedrijven data verzamelen is niet nieuw. Maar wie die data straks in handen heeft, baart deskundigen steeds meer zorgen. De terugkeer van Donald Trump als president maakt dat extra urgent: het hoger onderwijs staat bepaald niet op zijn vriendenlijstje. Florida zette zelfs zeven Nederlandse universiteiten en een hogeschool op de sanctielijst.

En dat narigheid geen sciencefiction meer is, bewees de affaire rond het Internationaal Strafhof in Den Haag. Plots konden medewerkers niet meer in hun Microsoft-apps, als sanctie op het arrestatiebevel tegen de Israëlische premier Netanyahu. Trump wilde het, Microsoft moest het uitvoeren.

‘De geopolitieke realiteit maakt dat er meer aandacht is voor dit onderwerp,’ zegt Goos.

Invloed groeit door AI

Terwijl de argwaan groeit, draait Microsoft vrolijk door. Het bedrijf stopt kunstmatige intelligentie in alles, of onderwijsinstellingen dat nu willen of niet.

Avans trok daardoor aan de noodrem: de hogeschool verbood bepaalde AI-functies in Outlook vanwege privacyrisico’s. De updates waren zonder overleg ingeschakeld. Uitzetten kon helemaal niet, want dan zouden essentiële functies óók verdwijnen.

Ook aan de HU speelt dit. ‘Wij missen de keuze vooraf,’ zegt Goos. ‘Hoewel er achteraf, in gesprek met Microsoft, meestal wel een oplossing komt.’

‘Niet naïef zijn’

Toch zijn er aan de HU mensen die zich hardop afvragen: kan het ook anders? Lex Verheesen, docent bij Archimedes en aanjager van digitale geletterdheid bij leraren, probeert het in elk geval in zijn privéleven. Hij wringt zich los van big tech. ‘Ik wil digitaal onafhankelijk en autonoom zijn.’ Dat betekent dat hij ongemakken voor lief moet nemen. ‘Mijn telefoon is Google-vrij, dus ik kan niet contactloos betalen.’

De HU voelt voor Verheesen als een andere wereld. ‘Hier maakt de organisatie de keuzes voor me.’ En dat knaagt. Niet omdat Verheesen per se anti-Microsoft is, maar omdat studenten volgens hem daardoor een smal beeld krijgen van de digitale wereld.

‘Op de basisschool gebruiken ze Google, op de middelbare school Microsoft en aan de HU opnieuw Microsoft. Voor veel studenten zijn computers gewoon die twee bedrijven.’ En dat past volgens hem niet bij wat onderwijs moet zijn: kritisch, onafhankelijk en vooral niet naïef.

Daarom startte hij in voorjaar 2025 een initiatiefgroep met meer dan tien HU’ers. Ze onderzoeken alternatieven. Uiteraard houden ze daarvoor wel weer contact via Microsoft Teams.

Stoppen met Microsoft niet mogelijk

Met extra enthousiasme kijkt Verheesen naar SURF, de ICT-koepel van het hoger onderwijs. Die start binnenkort een pilot met Nextcloud. Dat is een open source-alternatief voor Microsoft Office waarvan SURF zelf de servers beheert. Open source betekent dat de broncode van software voor iedereen vrij beschikbaar is om te bekijken, te gebruiken, aan te passen en te delen.

Verheesen probeert zoveel mogelijk HU’ers mee te krijgen in die pilot. Vanuit de initiatiefgroep ging er al een brief naar ICT-directeur Goos. ‘We overwegen ook het college van bestuur en de Hogeschoolraad te schrijven.’ Goos liet maandag 9 december weten dat hij met zijn team heeft besloten om capaciteit beschikbaar te stellen aan het project. ‘Om meer kennis te kunnen opdoen over Nextcloud.’

Maar zomaar stoppen met Microsoft? Vergeet het maar. Hoogleraren Albert Meijer en José van Dijck schreven het al in hun open brief aan de Universiteit Utrecht: zonder Microsoft komt het onderwijs en onderzoek direct tot stilstand.

Ict-directeur Goos is het daarmee eens: ‘Bij een overstap zouden dan tijdelijk twee systemen naast elkaar moeten draaien. Dat overweegt de HU op dit moment niet actief. Wel willen we marktwerking bevorderen en onze kennis over de alternatieven vergroten.’

HU wil zich niet uitspreken

‘Je hoeft niet vooruit te lopen, maar als je niet deelneemt, loop je achter.’ Voor Verheesen is het essentieel dat de HU op tijd aanhaakt bij pilots zoals Nextcloud. Goos benadrukt vooral dat studenten en medewerkers ‘zo min mogelijk last’ mogen ervaren van eventuele veranderingen.

En zich feller uitspreken tegen Microsoft binnen SURF, waar de HU lid van is? Daarover wil Goos niet teveel kwijt. ‘Het gesprek daarover mag gevoerd worden’, is zijn reactie.

‘Je moet lef hebben’

Onderwijsadviseur en HU-docent Pascal Mariany is een zelfbenoemde ‘ict-nerd’. Hij heeft een voorliefde voor motherboards en videokaarten uit de jaren tachtig en negentig. Professioneel ontwerpt hij met zijn eigen bedrijf ‘soevereine AI-omgevingen’ voor het onderwijs en andere organisaties.

Aan de HU maakt Mariany onder andere kennisclips over Copilot (Microsofts AI) en andere AI-tools. Hij ziet zowel de kansen als de beperkingen van Microsofts AI. ‘We moeten Microsofts AI kritisch en bewust gebruiken. Anders lopen we het risico dat studenten ongemerkt overstappen op minder veilige alternatieven buiten het HU-ecosysteem’, waarschuwt hij.

Daarom leert hij studenten vooral verstandig met AI omgaan. ‘In elke les vraag ik een kwartier hoe ze AI hebben gebruikt. ‘’Hoe heb je het gebruikt en welke keuzes maakte je?’’’

‘Nog niet voorhanden’

Voor Mariany heeft small tech de toekomst: Europese, transparante oplossingen die (onderwijs)instellingen meer autonomie geven. Hij schudt wat alternatieven uit zijn mouw: Nextcloud, LibreOffice, OpenDesk. Volgens hem zou de HU prima met één opleiding of instituut een proef kunnen doen om ervaring op te doen met deze alternatieven.

Heeft de HU genoeg lef om los te komen van big tech? Goos: ‘Het gaat niet om lef. Eenvoudige oplossingen zijn simpelweg nog niet voorhanden.’

Wat kan de HU nu al doen?

‘Maar er is nu al zoveel mogelijk, zonder onderwijs in gevaar te brengen’, vindt Verheesen. ‘Je kunt als HU ook zonder grote overstap al keuzes maken. Bijvoorbeeld door je te profileren op Mastodon in plaats van LinkedIn, dat ook van Microsoft is. Of video’s elders plaatsen dan op YouTube. Je hoeft niet gelijk helemaal over te stappen: je kan ook en-en doen. Als we studenten vragen “maak een PowerPoint”, bedoelen we eigenlijk “maak een presentatie”. Dat hoeft dus helemaal niet via Microsoft.’
Via SURF kunnen onderwijzers en onderzoekers al aan de slag met Mastodon en PeerTube (een alternatief voor YouTube).

Goos: ‘We doen wel meer dan dat. Zo hebben we ResearchDrive overgezet naar Nextcloud. Voor nieuwe aanbestedingen zoeken we actief naar open source-applicaties en naar diversiteit in het leverancierslandschap. We proberen vendor lock-in (leveranciersafhankelijkheid, red.) te reduceren en onze premise-platformen draaien op een open source operating-systeem.’

Verheesen realiseert zich dat de stappen die hij voorstelt voorlopig parallel aan Microsoft moeten lopen. ‘Je moet mensen laten kennismaken met alternatieven. Onbekend maakt onbemind.’ Zijn doel? Een tech-kritische HU. ‘We moeten echt af van het idee dat wie kritisch is op technologie het niet begrijpt of innovatie tegenwerkt. Vaak zijn het juist mensen die van technologie houden, maar dan wel onder hun eigen voorwaarden.’

Goos spreekt dit niet tegen, maar benadrukt: ‘Onze verantwoordelijkheid blijft de voortgang van ons onderwijs en onderzoek.’