Het gaat niet zo goed met de Nederlandse politiek. ‘Het volk’ is kritisch, de meeste politieke partijen verliezen stemmen, leden en, volgens velen, de aansluiting met de burgers. HU-studenten gaan in samenwerking met het Forum voor Democratische Onwikkeling en debatcentrum Tumult op zoek naar nieuwe manieren om de politieke participatie te stimuleren. Volg de zoektocht op dit blog!
Woensdag 11 november – discussie – Oudenoord
De studenten werken aan hun voorstel, maar voornamelijk nog in het hoofd. Vandaag proberen ze door middel van het bespreken van enkele denkrichtingen scherper te krijgen waar het voorstel straks over moet gaan. Een impressie van hun gedachtegangen.
Eigen lijn
Paul (24, Elektrotechniek) stelt de vraag aan de orde wat binnen politieke partijen de mogelijkheden zijn, om een eigen lijn te kiezen. Hij heeft zelf de ervaring dat hij het op sommige punten eens is met partij x, en op andere met partij y. Als hij, en zijn vrienden delen deze ervaring, daarom op een avond bij een partij over een onderwerp mee komt praten, maar de week daarna over een ander onderwerp bij een andere partij iets wil zeggen, wordt hen dat niet in dank afgenomen. Dit blijkt een belangrijke reden om geen lid te worden.
Flexibel
Matthijs (31, PMO) vertelt dat hij voor elke verkiezing een andere partij kiest. “Lokaal stem ik anders dan provinciaal en provinciaal weer anders dan nationaal. Waarom moet ik steeds van partij veranderen? Waarom kan een partij niet flexibel zijn?” Hij vindt dan ook dat partijen in gesprek moeten blijven met de kiezer. “Is er sprake van een opvoedende taak bij politici? Ja. We kiezen hen omdat we denken dat ze het goed gaan doen. Maar het blijft een proces waarin communicatie heen en weer moet blijven bestaan.”
Verjongingsprogramma
Jaap (24, Personeel en Arbeid) ziet Obama als een voorbeeld van een goed luisterende politicus. “Zie zijn facebook-pagina. Daar mogen mensen alles zeggen, hij laat zich de huid vol schelden.” Hij zou graag zien dat partijen beginnen met verjongen. “Ik ben een voorstander van verjongingsprogramma’s bij veel partijen. Ze denken oud. Ze moeten aansluiting zoeken bij de huidige stand van zaken, in plaats van heel veel stapjes inbouwen voor je als lid eens een keer bij een beleidsvergadering aanwezig kunt zijn.”
Leiderschap
Daarnaast ziet Jaap vooral een gebrek aan leiderschap. Hij wil politici die doen wat ze zeggen. Heb je de mond vol van krachtwijken, ga er dan ook zelf wonen zodat je weet waar je over praat. Wil je een eerlijker inkomstenverdeling, kijk dan eerst naar jezelf. De SP doet dit laatste bijvoorbeeld heel sterk. “Zo krijg je de bevolking mee. Je moet een contract voelen met je kiezers.” Bovendien moet de boodschap korter. “In India was het ‘Quit-India’, in de VS ‘Change’. D66 had bij de afgelopen Europese verkiezingen de boodschap: JA. Een simpele boodschap werkt.”
Lef
Job (24, CMV) ziet ook wel iets in een aansprekend persoon met een duidelijke boodschap. “En als je iets gevraagd wordt als politicus, waar je niets van afweet, zeg dan gewoon: daar weet ik niets vanaf. Daar hebben we een specialist voor”. Daarop discussiëren de studenten enige tijd over een zakenkabinet, een eerder door Paul geopperde optie. Kan elke partij niet voor de verkiezingen een lijstje maken met de mensen die ze voor een ministerspost op het oog hebben, zodat de kiezer weet waar hij aan toe is? Jan-Pieter (20, Commerciële Economie): “Er is geen lef, en dus geen openheid.”
Volgende week beginnen de studenten met het toetsen van hun ideeën bij enkele lokale politici, de week daarop gevolgd door politieke jongerenorganisaties. Daarna moeten ze het pitchen bij een deskundige jury. Op 14 december volgt het debat, in aanwezigheid van Lilianne Ploumen (voorzitter PvdA landelijk), Arjan Vliegenthart (Eerste Kamerlid, SP), Ralph de Vries (fractievoorzitter D66 Provinciale Staten) en Karen Duys (fractievoorzitter CDA gemeenteraad Rotterdam).
Bij het debat aanwezig zijn? Geef je op via marjolein.hooiveld@hu.nl