Interview

Leo voelde zich jarenlang gediscrimineerd als mbo’er

Foto: Robert Oosterbroek

Gediscrimineerd worden omdat je mbo’er bent. Dat ervoer Leo (26) jarenlang. Hij kreeg geen toegang tot discotheken, mocht geen lid worden van een sportclub en was niet welkom bij hospiteeravonden. ‘Ik heb echt geleden.’

‘Die video doet heel veel met mij’, zegt Leo Hanhart (26), verwijzend naar de video van Trajectum waarin hbo’ers vertellen wat ze van mbo’ers vinden. Hierin schetsen enkele studenten het beeld dat mbo’ers ongemotiveerd zouden zijn. De video riep veel reacties op. Leo liet weten zijn verhaal te willen delen om anderen ervan bewust te maken wat stigmatisering kan doen en hoe het is om jarenlang discriminatie te ervaren.

Niet welkom

Tien keer is Leo geweigerd aan de deur bij discotheken omdat hij mbo’er was. Hij mocht niet naar binnen met zijn mbo-pas. Zijn vrienden, die allemaal aan de universiteit studeerden, mochten dat wel. ‘Ik werd daar heel boos om. We zijn allemaal mensen, we dragen dezelfde kleren, luisteren dezelfde muziek en spreken dezelfde taal. Waarom mag de ene groep wel naar binnen en de andere niet? Dit zijn groepsstraffen.’

De beveiligers doen alleen wat hen is opgedragen, dat snapt Leo. Het probleem komt van bovenaf. Zo zei de eigenaar van het Utrechtse Café de Kneus in juni: ‘Wij richten ons op studenten van de universiteit en hbo omdat die elkaar kennen, in dat wereldje zitten en goed met elkaar klikken. Als je daarmee een klein kroegje vol hebt, dan vinden ze dat leuker.’
Sommige kroegen en discotheken hebben samenwerkingen met studentenverenigingen, zoals Woolloomooloo met USC, waardoor ze financiering krijgen van hbo’s en universiteiten. Mogelijk weigeren zulke kroegen daarom ook mbo’ers.

Leo: ‘Ik vind dat niemand gediscrimineerd zou moeten worden op basis van waar, wat en hoe diegene studeert. Mensen buitensluiten van sociale basisvoorzieningen is heel schadelijk.’

Pijnlijk

Foto: Robert Oosterbroek

Hij leende een collegekaart van een vriend, maar dat werkte niet altijd. ‘Ze vroegen om mijn identiteitskaart als extra check en zagen dat het niet overeenkwam. Dan dreigden ze om de politie te bellen.’
Soms werd hij toegelaten omdat de beveiligers het grappig vonden dat hij de enige mbo’er in een vriendengroep van universitaire studenten was. ‘Althans, ik denk dat ze het daarom deden. Het was hoe dan ook een pijnlijke situatie.’

In discotheken waar hij wel welkom was, merkte hij vaak dat meisjes zich anders gingen gedragen als hij vertelde dat hij mbo’er was. ‘Ineens hadden ze minder interesse. Na zo’n vijf keer ben ik daarom maar gaan liegen. Ik zei dat ik iets studeerde met management. En dat zorgde voor verschil.’

‘Ga maar niet meer mee, Leo’

Op een donderdagavond vlak voor het stappen, stuurde een goede vriend van Leo een bericht in de groepsapp. ‘Hij appte: “Ga maar niet meer mee Leo.” Zij waren ook klaar met het gedoe aan de deur of het ongemak met meiden.’ Leo voelde zich gebroken na het appbericht. ‘Ik ben direct de groep uitgestapt en heb het contact verbroken met de vriendengroep.’

Meesporten door een nieuwe regel

Leo zocht een kamer en zag advertenties waarin alleen hbo’ers of universiteitsstudenten werden gezocht. Rond diezelfde tijd wilde Leo zich ook aansluiten bij de studenten-basketbalvereniging op het USC van Olympos, waar geen mbo’ers lid mochten worden. Een vriend van een vriend zat in het bestuur en de regels werden aangepast. Eén op de tien leden van de verenigingen hoeft niet te studeren. Leo: ‘Dat werd ingevoerd met het idee dat mensen na hun studie nog lid konden blijven, én zodat ik als mbo’er ook lid kon worden. Die sport werd jarenlang mijn uitlaatklep.’

Bij Olympos heeft hij gevraagd waarom hij niet gratis de sportschool in mocht. ‘Als mbo’er moest je daar een kaart voor kopen van honderden euro’s.’ Uiteindelijk bleek dat Olympos een overeenkomst had met onderwijsinstellingen, maar niet met het mbo. ‘Sinds dit schooljaar hebben ze dat wel, gelukkig.’

Vijfhonderd euro minder

Naast zijn mbo-deeltijdopleidingen, werkte Leo. En werkgever vertelde hem dat hij vijfhonderd euro per maand minder zou gaan verdienen dan iemand met een hbo-diploma. ‘Ik vroeg tijdens mijn sollicitatie waarom dat zo is. De man antwoordde dat hbo’ers zelfstandiger kunnen werken en sneller doorgroeien. Ik ben boos geworden en heb op de tafel geslagen. Zoveel aannames, bepaald door de eerste drie letters van je opleidingsniveau, werden mij even teveel. Uiteindelijk ben ik aangenomen. Maar dus met vijfhonderd euro minder inkomen dan mijn collega’s, voor precies hetzelfde werk, terwijl ik meer ervaring had.’

Foto: Robert Oosterbroek

‘Opleidingsniveau, -duur en ervaring zullen altijd blijven terugkomen in het salaris. Maar je moet toch kijken naar wat iemand oplevert?’ Leo vindt het krom: ‘Hbo’ers hebben misschien een duurdere opleiding gehad, maar ik heb les gehad van één grote en drie kleine CEO’s in de praktijk. Dat is omgerekend veel meer waard in zowel geld als ervaring.’
Bij de baan die hij daarna kreeg, verdiende hij het dubbele. ‘Die manager begreep het gelukkig en mijn salaris werd aangepast aan mijn ervaring.’

Strijd

‘Alles stapelde zich op en ik ben heel emotioneel geworden. Ik heb brieven gestuurd naar ministers en gevraagd of zij iets kunnen betekenen voor mbo’ers. Ik heb ze ook verweten dat ze op dat moment niks deden.’

Leo kreeg geen reactie op de brieven. Toch leken er in de jaren daarna dingen te veranderen: ‘Er is een beweging op gang gekomen van mensen die zich realiseren dat er een groot tekort ontstaat binnen de praktische beroepen als we allemaal theoretisch worden opgeleid.’
In 2017 kregen mbo’ers studenten-ov. ‘Gelukkig. Belachelijk dat dat zo lang moest duren. Sommige jongeren doen juist mbo omdat ze het thuis niet breed hebben en snel willen gaan werken om financieel bij te dragen.’ Ook werd ‘laag opgeleid’ veranderd in ‘praktisch opgeleid’. ‘Wie wil er nou laag opgeleid genoemd worden?’

De afgelopen jaren zijn langzaam maar zeker meer stappen gezet. Als proef waren mbo’ers dit jaar welkom tijdens de UITweek. Ook is de eerste studentenvereniging voor mbo’ers opgericht. ‘En bij een deel van de studentengezelligheidsverenigingen mogen mbo’ers nu ook lid worden. Al is het de vraag of dat in de praktijk ook echt gebeurt.’

De onzichtbare muur is weg

Na vier mbo-opleidingen, studeert hij nu Open-ICT aan de HU. ‘Het is heel gek om nu hbo’er te zijn. De onzichtbare muur is weg. Ik ben welkom in alle clubs en meisjes deinzen niet terug als ik vertel wat ik studeer. Daarnaast zijn er ineens meer baankansen tegen een betere vergoeding en allerlei nieuwe voorzieningen waarvan ik gebruik kan maken. Fantastisch!’

Leo (@leo.hanhart) staat open om mbo’ers te helpen met initiatieven om meer rechten te krijgen binnen het studentenleven. ‘Mbo’ers hebben net zoveel recht op een gezellig en sociaal studentenleven als anderen. Een recht dat ik niet had. We gaan nu de goede kant op, maar we hebben nog een lange weg te gaan.