Columns

Marilène was bij de marathon. Tegen haar zin

Marilène Vis. Foto: Kees Rutten

Marilène Vis (19) studeert Journalistiek aan de HU.

Mijn goede vriend en collega Adil deed mee aan de marathon van Rotterdam. Uiteraard verklaarde ik hem voor gek, maar ik zou geen goede vriend zijn als ik dan niet in het holst van de nacht (negen uur ’s ochtends) mijn bed uit zou komen om hem aan te moedigen. En zo geschiedde.

Met frisse tegenzin – ik ben geen ochtendmens – sta ik die zondagmorgen op station Rotterdam Alexander te wachten op meer slachtoffers van de vriendschap met Adil. Met spandoeken in de lucht en bloemen onder de arm begeven we ons richting een punt waar de hardlopers twee keer langskomen. Gemakkelijk voor ons, want God verhoede dat we ook maar een stap meer zetten dan absoluut noodzakelijk.

De eerste keer dat Adil voorbij komt schreeuwen we met zijn allen de longen uit ons lijf. Hij springt een meter de lucht in wanneer hij ons ziet en omstanders kijken verbaasd toe. Hoe is het mogelijk dat deze jongen na 33 kilometer nog steeds de energie heeft om zo enthousiast te reageren? Andere hardlopers lijken hun aanmelding inmiddels te betreuren, maar Adil niet.

De tweede keer dat hij langskomt (inmiddels 39 kilometer onderweg) is hij nog even kwiek. Flink doorlopen hoeft niet meer, want hij heeft beloofd om binnen drieënhalfuur over de finish te zijn. Dat betekent dat hij nog een half uur heeft voor de laatste drie kilometer. Appeltje eitje.

Omdat we hem natuurlijk over de eindstreep willen zien komen, besluiten we een deelscooter te pakken naar de Coolsingel. Dat blijkt een nagenoeg onmogelijke missie. Met een slakkengang worstelen we ons erop door de menigte. Een rit die – als je het mij vraagt – uitdagender is dan de marathon zelf. Verontschuldigend duw ik woedende Rotterdammers aan de kant.

Drie kwartier later komen we aan op het Stadhuisplein dat veranderd is in een festivalterrein. Muziek dreunt en bier vloeit over de straten. We treffen Adil aan in joggingbroek en badslippers. Zijn ogen op half zeven, maar op zijn mond een grote grijns. Om zijn nek een gouden medaille. Hij heeft er 3 uur en 16 minuten over gedaan. Zelden ben ik zo trots geweest en ik besluit om het lopen van een marathon toe te voegen aan mijn bucketlist. Wel helemaal onderaan natuurlijk.