Minoren zijn al jaren een bekend fenomeen op de Hogeschool Utrecht. Sommigen zeggen minors, op z’n Engels. Gistermiddag was de minormarkt op de FMR (faculteit maatschappij en recht). Heel gezellig, maar veel te krap. Het is bekend bij de organisatie, maar toch waren we er al voor de derde keer. We konden niet naar het toilet, want de waterleiding op de hele Uithof was stuk. Voor droge kelen kwamen gelukkig gratis flesjes water. Je plas moest je maar even ophouden.
De minoren zorgen aan de ene kant voor een verslechtering van de relatie met bedrijven, omdat in het eerste semester van jaar 3 of 4 weinig studenten beschikbaar zijn voor stages. Aan de andere kant zijn er door het scheppen van een corridor op alle faculteiten ontzettend veel mogelijkheden voor studenten om hun blik te verruimen. Als je googlet zie je dat onze hogeschool het ruimste aanbod minoren heeft.
Door dat ruime aanbod voldoen we aan de oorspronkelijke opzet van minoren: bevorder de mobiliteit en laat studenten ruiken aan verbredende of verdiepende curricula. Met mobiliteit bedoelde men: ga eens elders (in het buitenland, op een andere hogeschool) kijken. Dat gebeurt nog te weinig. Maar voor een semester durven velen wel hun veilige instituut of faculteit te verlaten.