Nieuws

Geen collegekaart? Betalen voor toets

Ilse Vis, vierdejaars bedrijfscommunicatie, is boos. Omdat zij geen collegekaart van de HU heeft ontvangen moest zij drie keer 25 euro neertellen voor een dagpas om tentamens te mogen maken. 



Het is de ‘zoveelste teleurstelling’ en de ‘puurste vorm van bureaucratie’, schrijft zij in een klacht aan de Onderwijsbalie van de faculteit Economie en Management (FEM). De studente volgt dit half jaar een minor aan de FEM. Om onbekende redenen heeft ze nog geen collegekaart ontvangen. Ze wendde zich tot Bureau Inschrijving die haar verzekerde dat ze de kaart voor aanvang van de tentamens zou ontvangen.

Maar toen zij eind oktober oktober terugkeerde van een vakantie in het buitenland lag er nog steeds geen collegekaart op de deurmat. Omdat de gratis periodepaspas een week eerder aangevraagd had moeten worden, was ze aangewezen op de dure dagpassen om tentamens te mogen maken.

Keest Bossers, directeur Operations aan de FEM, vertelt dat de dubbele legitimatie bij tentamens (studenten moeten naast de collegekaart ook een identiteitsbewijs tonen) jaren geleden is ingesteld om fraude te voorkomen. Want anders zou een persoon voor iemand anders plaats kunnen nemen achter de opgaven. Wie geen collegekaart heeft kan een week voorafgaand aan de toetsen een zogeheten periodepas aanvragen. Die is gratis en geldt voor de gehele periode. 



Studenten die op de dag van het tentamen zonder collegekaart verschijnen, dienen tegen betaling een dagpas aan te schaffen. Bossers wijst erop dat er op de faculteit per periode zo’n 360 tentamens plaatsvinden waar gemiddeld zo’n honderd studenten aan deelnemen. Als de legitimatieplicht niet streng wordt nageleefd, kan dit makkelijk tot chaos leiden. ‘Hierdoor worden studenten zich ervan bewust dat ze hun collegekaart moeten meenemen’, zegt Bossers. De prijs van 25 euro per dag (met een maximum van honderd euro) is om de administratiekosten te dekken.



Overigens kunnen studenten dit bedrag terug krijgen als zij aantonen dat de collegekaart wegens ‘overmacht’ niet in hun bezit is.